Trombose: preventie

Voorkomen trombosemoet aandacht worden besteed aan het verminderen van het individu risicofactoren.

Gedragsrisicofactoren

  • Dieet
    • Onvoldoende vochtinname - zorgt ervoor dat het lichaam uitgedroogd raakt (esiccose) en verhoogt de neiging tot stollen
    • Tekort aan micronutriënten (vitale stoffen) - zie preventie met micronutriënten.
  • Drug gebruik
    • Cocaïne
  • Recreatief drugsgebruik
    • Tabak (roken)
  • Lichamelijke activiteit
    • postpartum
    • Frequent, langdurig zitten; "reizen trombose”Aan een bureau.
    • Langeafstandsvluchten (reistijd van de vlucht> 6 uur; “economy class-syndroom”).
    • Onbeweeglijkheid
  • Te zwaar (BMI 25; zwaarlijvigheid) - obesitas door een BMI (body mass index)> 30-230% toename van het risico door toename van stolling en remming van fibrinolyse (remming van het oplossen van bloed stolsels).

Drugs

Andere risicofactoren

  • Bedopsluiting, bijv. Na een operatie (bijv. keizersnede) of ernstige ziekte.
  • Zwangerschap - vanaf de eerste weken van de zwangerschap tot ongeveer zes weken postpartum (na de bevalling), trombo-embolie, dwz diepe ader trombose en pulmonaal embolie of cerebrale trombose, komt tot tien keer vaker voor dan buiten deze tijdsperiode; in week 7 t / m 12 is de kans op trombose nog met een factor 2.2 verhoogd
  • Trauma (letsel):
    • Hoofd 54%
    • Bekkenfracturen (bekkenfracturen) 61%.
    • Tibia fracturen (fracturen van het tibia) 77%.
    • Dijbeenfracturen (fracturen van het dijbeen) 80%.

Primaire profylaxe van veneuze trombo-embolie (VTE) [Richtlijn: 1]

  • Primaire profylaxe bij ambulante oncologiepatiënten:
    • NMH (heparine met laag molecuulgewicht):
      • Bij poliklinische patiënten met lokaal gevorderd of gemetastaseerd alvleesklierkanker systemische tumor ontvangen therapie​ eis: laag bloedingsrisico.
      • Bij profylactische dosering bij patiënten die immunomodulerende therapie krijgen in combinatie met systemische steroïden of andere systemische tumortherapieën; ook hier vitamine K-antagonisten (VKA) of acetylsalicylzuur in lage of therapeutische doses
    • Directe orale anticoagulantia (DOAK):
      • Rivaroxaban en apixaban bij patiënten die een systemische tumor ondergaan therapie met matig tot hoog risico op VTE (per tumortype of klinische risicoscore); eis: zonder actieve bloeding of hoog risico op bloeding.