Zenuwgestel

Synoniemen

hersenen, CZS, zenuwen, zenuwvezels

Definitie

Het zenuwstelsel is een bovengeschikt schakel- en communicatiesysteem dat aanwezig is in alle meer complexe levende wezens. Het zenuwstelsel wordt op een vereenvoudigde manier gebruikt om informatie voor een organisme te integreren en te coördineren:

  • De opname van prikkels (informatie) die het lichaam beïnvloeden vanuit de omgeving of ontstaan ​​in het lichaam zelf (bijv pijn, zintuiglijke indrukken ...)
  • De omzetting van deze prikkels in zenuwprikkels (zenuwimpulsen, zogenaamde actiepotentialen), hun overdracht en verwerking
  • Het sturen van nerveuze prikkels of impulsen naar de organen, spieren enz. (Dwz naar de periferie) van het lichaam.

Voor elk van deze subtaken zijn er speciale voorzieningen in het zenuwstelsel: deze functionele verdeling van het zenuwstelsel in drie delen - stimulusontvangst, stimulusverwerking en reactie op stimuli - komt ook overeen met de ruimtelijke structuur: een enkele component in het zenuwstelsel is een geleidingsboog genoemd.

Een geleidingsboog is de betekenisvolle functionele verbinding van twee of meer neuronen (= zenuwcellen met hun verlengstukken).

  • Voor de opname van informatie zijn bepaalde opname- of ontvangapparatuur, de receptoren in het zenuwstelsel, verantwoordelijk. Net als de sensorische organen (bijv. Oren, neus-, ogen, etc.

    ), zijn ze beperkt tot bepaalde delen van het lichaam en zijn ze gespecialiseerd voor bepaalde prikkels, bijv. licht- of geluidsgolven (zie bijv. het onderwerp zien). Ze zijn vooral talrijk in de huid voor de opname van tast-, trillings- of temperatuursensaties, maar ook op de andere organen (denk aan maag or hoofdpijn).

  • Alle informatie (nerveuze excitatie) die in deze ontvangende apparaten wordt gegenereerd, stroomt door afferent zenuwen naar de centrale verzamelpunten, de hersenen en spinal cord, ook bekend als het centrale zenuwstelsel (CZS).

    Daar worden ze verzameld, verwerkt en zinvol met elkaar verbonden, zodat deze twee centrale organen kunnen worden opgevat als HET superieure controlecentrum van alle gebeurtenissen in ons lichaam.

  • De resultaten van deze centrale verwerking in het zenuwstelsel en de verbinding van zenuwimpulsen worden nu verzonden door leidende (of efferente) zenuwen als informatie voor de organen (gewoonlijk periferie genoemd) van het lichaam. Daar veroorzaken ze overeenkomstige reacties, zoals beweging (wanneer de impulsen naar de spieren leiden), uitzetting of samentrekking van schepen (bijv. bleek van schrik) of een invloed op de klieractiviteit (bijv. als we naar voedsel kijken of aan een citroen denken, loopt het water in onze mond samen omdat de speekselklieren zijn geactiveerd).

Men kan zich een eenvoudige geleidingsboog in het zenuwstelsel voorstellen als een kabel die informatie levert, een centraal schakelpunt (hersenen or spinal cord), en een kabel die informatie wegleidt.

Met betrekking tot een simpele reflex, bijvoorbeeld de patellapeesreflex, dit betekent: perceptie van de stimulus (extensie stimulus op de pees) verbinding met de overeenkomstige spieruitvoering van de beweging (been uitbreiding). Vaak zijn veel van deze "kabels" met elkaar verbonden en lopen ze als één zenuw door het lichaam. Het is echter niet mogelijk om aan een zenuw te zien welk deel de inkomende en welke de uitgaande informatie van de hersenen.