Diagnostiek | Epileptische aanval

Diagnostiek

De diagnose van een epileptische aanval omvat altijd een eerste consult waarin de arts bepaalde vragen zal stellen: Aangezien er veel andere klinische beelden mogelijk zouden kunnen zijn, wordt een gedetailleerd fysiek onderzoek moet uitgevoerd worden. Bloedsomloop- en stofwisselingsstoornissen, evenals Depressie, angst of migraine, kan vergelijkbaar zijn met een epileptische aanval. Naast een puur fysiek onderzoekmoet ook een beeldvormende diagnose worden gesteld.

Hier speelt het EEG (elektro-encefalogram) een doorslaggevende rol. Het EEG kan vaak belangrijke oorzaken voor het ontstaan ​​van krampen eruit filteren. Men mag echter niet vergeten dat het EEG tijdens een aanval in veel gevallen volkomen normaal kan zijn.

Een ander belangrijk onderzoek is het ECG, aangezien a hartritmestoornissen moet worden uitgesloten als oorzaak van een instorting van de bloedsomloop. Bovendien een bloed test moet worden uitgevoerd. Hier de lever en nier waarden, de bloed elektrolyten en bloed suiker worden gecontroleerd.Na een aanval wordt het enzym creatine kinase is vaak verhoogd, daarom wordt deze waarde vaak ook onderzocht.

Een lumbaal prik wordt sindsdien ook af en toe gebruikt als diagnostisch hulpmiddel encefalitis kan ook epileptische aanvallen veroorzaken. Verdere beeldvorming van de hersenen door middel van MRI dient om een epileptische aanval. Vooral als bepaalde risicofactoren zoals circulatiestoornissen of ander letsel in de hersenen duidelijk worden, waardoor de kans op epileptische aanvallen toeneemt.

  • Wanneer was het tijdstip van voorval?
  • Waar was de aanval?
  • Was er een herkenbare trigger?
  • Welke tekenen konden tijdens de aanval door buitenstaanders worden waargenomen?
  • Had u aura-typische symptomen (smaak, geurtintelingen, etc.)?

Eerste hulp bij epileptische aanvallen

Als u nu iemand ziet die net een epileptische aanval heeft gehad, moet u eerst kalm blijven, aangezien de aanval meestal na twee tot drie minuten eindigt. De ruimte rondom de persoon die de aanval heeft, moet zo veel mogelijk worden vrijgemaakt (bv. Stoelen opruimen), zodat de persoon die de aanval heeft zichzelf niet verwondt. Daarna moet onmiddellijk de reddingsdienst worden gebeld (112).

In geen geval mag de hoofd worden ondersteund of de krampachtige persoon op zijn plaats worden gehouden, omdat dit de kans op letsel bij zowel de verkrampte persoon als de helpers vergroot. De meeste mensen zijn bewusteloos na de aanval. Ze moeten worden gecontroleerd om te zien of ze dat zijn ademhaling en dan moeten ze in een stabiele laterale positie.

Ook moet regelmatig worden gecontroleerd of de persoon stil is ademhaling in afwachting van de reddingsdienst. Als ademhaling stopt, cardiopulmonaal reanimatie moet worden gestart. Indien mogelijk is het ook belangrijk om de klok goed in de gaten te houden wanneer de aanval begint om een ​​goede inschatting te kunnen maken van de duur van de aanval.

Zonder wacht zullen zelfs ervaren personen de duur van een aanval vaak aanzienlijk overschatten. Er zijn ook noodmedicijnen, maar deze worden alleen gebruikt als de aanval langer dan vijf minuten duurt. Deze kunnen zijn benzodiazepines rectaal toegediend (via de anus) of via de neus- or mond.