Medicatie voor de behandeling van epileptische aanvallen | Epileptische aanval

Medicatie voor de behandeling van epileptische aanvallen

Er zijn verschillende anti-epileptica die worden gebruikt, afhankelijk van de oorzaak van de aanval. Advies van een gespecialiseerde neuroloog is in dit geval essentieel. Er moet ook advies worden gegeven over specifieke situaties. Sommige medicijnen mogen bijvoorbeeld niet worden ingenomen tijdens zwangerschap omdat ze het ongeboren kind kunnen schaden (bijvoorbeeld: valproaat en carbamazepine). Veel van de medicijnen vormen ook een zware belasting voor de lever (bijvoorbeeld valproaat), en het alcoholgebruik moet mogelijk dienovereenkomstig worden verminderd.

Wat zijn de gevolgen van een epileptische aanval?

De gevolgen van een single epileptische aanval zijn meestal niet erg ernstig. Naast de sociale gevolgen (rijverbod) kunnen acuut letsel optreden. Naast blauwe plekken en tong beten, botbreuken kunnen ook optreden, evenals hersenschudding en dergelijke als gevolg van de val aan het begin van de aanval.

Bovendien voelen de meeste mensen zich uitgeput na een aanval. Bovendien kunnen tijdelijke symptomen zoals depressieve stemmingen, spraakstoornissenkunnen verlamming en vergeetachtigheid optreden. In het geval van frequente aanvallen kan de ontwikkeling van Depressie is waarschijnlijker dan bij de gezonde populatie.

Individuele aanvallen veroorzaken geen hersenen schade. Of er op lange termijn schade kan ontstaan ​​of dat de levensverwachting afneemt, hangt grotendeels af van de oorzaak van de epilepsie. Bij sommige epileptische aanvallen bestaat het risico dat de persoon een epileptische status bereikt, wat verwijst naar een bijzonder langdurige en ernstige epileptische aanval. De kans op ernstige gevolgen wordt vergroot omdat de hersenen wordt lange tijd niet van zuurstof voorzien.

Hoe kan ik een epileptische aanval voorkomen?

Om redenen van intrinsieke veiligheid en de veiligheid van medemensen wordt personen na een inbeslagname het rijbewijs ontnomen conform de wettelijke eisen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen het gewone rijbewijs auto (groep 1) en het rijbewijs vrachtwagen en personen in personenvervoer (groep 2). In het geval van een eerste aanval zonder bewijs van epilepsie (incidentele inbeslagneming), het rijbewijs wordt ingetrokken voor zes maanden (groep 1) of twee jaar (groep 2) als de aanval niet is uitgelokt, en voor drie (groep 1) of zes maanden (groep 2) als de aanval symptomatisch of geprovoceerd.

Na deze periode wordt het rijbewijs teruggekregen, mits er geen verdere inbeslagnemingen hebben plaatsgevonden. In het geval van epilepsiekan het rijbewijs worden teruggekregen na een jaar epileptische behandeling (met of zonder therapie) (groep 1). Groep twee met epilepsie kan alleen hun rijbewijs terugkrijgen als er gedurende vijf jaar geen aanvallen hebben plaatsgevonden zonder behandeling, normaal gesproken is een verandering van beroep noodzakelijk.

Bij aanhoudende inbeslagnames kan het rijbewijs niet opnieuw worden afgegeven. Een uitzondering op deze regel zijn aanvallen die de rijvaardigheid niet beperken, zoals aanvallen die uitsluitend tijdens de slaap optreden.