Therapie van de schedelbasisfractuur

Introductie

De therapie van a schedel baseren breuk hangt voornamelijk af van de mate van schade aan omliggende constructies als gevolg van de breuk. Niet elke basale schedel breuk vereist onmiddellijke operatie. Er zijn echter situaties waarin onmiddellijke interventie noodzakelijk is.

De belangrijkste hiervan is open craniocerebrale trauma, die meestal wordt veroorzaakt door ongevallen. Betrokkenheid van craniaal zenuwen is ook een absolute indicatie voor chirurgie, bijvoorbeeld als de oogzenuw (tweede hersenzenuw) wordt aangetast door vernauwing en blindheid dreigt, of als de zevende hersenzenuw, die verantwoordelijk is voor de gezichtsspieren, is beschadigd en het falen ervan leidt tot gezichtsverlamming (gezichtsverlamming). Een andere situatie waarin urgentie vereist is, is wanneer er een enorm verlies van hersenvocht (liquor) en bloed of wanneer het hoofd wordt gespietst met een vreemd lichaam.

Conservatieve therapie

Als er geen verplaatsing is van de breuk eindigt, kan een afwachtende, conservatieve therapiepoging worden gestart met regelmatig Grensverkeer van bloeding en ontsteking. Indien bovenstaande situaties niet voorkomen, kan dit vaak voldoende zijn. Zelfs in gevallen van trommelvlies gebreken of opeenstapeling van bloed in de middenoorwordt genezing vaak bereikt door te wachten.

Als water uit de zenuwen lekt uit het oor (otogeen cerebrospinale vloeistof), hiermee wordt behandeld antibiotica om de immigratie van te voorkomen bacteriën en dus ontsteking. Men behandelt dan symptomatisch bv met antivertiginosa voor duizeligheid of een pijn medicatie. Er wordt besproken of profylactische toediening van antibiotica is handig om gevaarlijk te vermijden hersenvliesontsteking or encefalitis. De meningen verschillen op dit punt; Het is zeker verstandig om dit onderwerp in elk individueel geval met de behandelende arts te bespreken, afhankelijk van de ernst van de verwondingen.

Werking

De situatie is echter anders als een van de bovengenoemde situaties zich voordoet, of als er hersenvocht uit de neus- (rhinogene liquorrhea). Hier is een operatie aangewezen. De chirurgische procedure bestaat meestal uit het wegnemen van de druk van het weefsel dat is beschadigd door het trauma of de breuk, waardoor onomkeerbare schade wordt voorkomen door de druk te verlichten.

Bovendien moeten de fractuuruiteinden weer in de juiste anatomische positie worden gebracht, zodat genezing en vooral botstabiliteit kan worden gegarandeerd. Dit komt doordat onstabiele fracturen, of de botten samengroeien in de anatomisch incorrecte positie, kan ook leiden tot secundaire drukschade aan zenuwen or schepen in de schedel en / of het gezicht schedel Oppervlakte. In sommige gevallen kunnen verwondingen moeilijk zijn hersenvliezen (dura mater) moet opnieuw worden gehecht en de botdefecten moeten worden bedekt met vulmateriaal.

In het beste geval gebeurt dit met gebruikmaking van lichaamseigen weefsel, bijvoorbeeld de zogenaamde fascia (= bindweefsel die spiergroepen omhult bijvoorbeeld) of fibrinelijm (= tweecomponentenlijm die weefsel met elkaar verbindt). Bij deze stoffen is het risico op een afwijzingsreactie van het lichaam is veel lager dan bij synthetisch vervaardigde producten. Als er grotere defecten zijn, kunnen metalen platen of pennen ook worden gebruikt om de breukuiteinden te stabiliseren zodat ze kunnen samengroeien en zo de nodige stabiliteit herstellen.

Het gebruik van deze metalen onderdelen is echter vrij zeldzaam. Als de schedel door de breuk is ingedrukt, wordt deze tijdens de operatie weer opgetild. Als er een sterke bloeding optreedt vanwege de betrokkenheid van schepenmoet het gewonde vat weer worden gesloten met een vasculaire hechtdraad.

De interne halsslagader (A. carotis interna) wordt vaak aangetast, aangezien het beloop op de basis van de schedel loopt risico op schedelbreuken. Als het nodig is om de schedel te openen om de fractuur te behandelen, is dit meestal de verantwoordelijkheid van de neurochirurg. In het geval van fracturen van de aangezichtsschedel kan echter ook de maxillofaciale chirurg worden ingezet. Als de ogen worden aangetast door letsel aan de tweede hersenzenuw (N. opticus) of het gehoor wordt aangetast door betrokkenheid van de achtste hersenzenuw (N. vestibulocochlearis), de oogarts of KNO-arts kan ook bij de behandeling betrokken zijn.