Dementie: medische geschiedenis

De casusgeschiedenis (medische geschiedenis) vormt een belangrijk onderdeel bij de diagnose van dementie​ De eerste geschiedenis moet een verzorger bevatten; vaak is het een vreemde geschiedenis (familieleden). Familiegeschiedenis

  • Wat is de algemene gezondheidstoestand van uw familieleden?
  • Waren er levensgebeurtenissen die drastisch waren in de aanloop naar de ziekte?
  • Is er een familiegeschiedenis van dementie?
  • Zijn er in uw gezin neurologische aandoeningen die veel voorkomen?
  • Zijn er erfelijke ziekten in uw familie?

Sociale Geschiedenis

  • Wat is uw beroep?
  • Wordt u in uw beroep blootgesteld aan schadelijke werkstoffen?

Actueel medische geschiedenis/ systemische medische geschiedenis (somatische en psychische klachten).

  • Welke veranderingen heb je opgemerkt?
    • Verkeerde plaatsing van items?
    • Vergeten recente gebeurtenissen en afspraken?
    • Moeilijkheden met complexe alledaagse taken (behandelingsapparatuur).
    • Ongerichte en "inactieve acties"?
    • Herhalingen?
    • Sociale terugtrekking?
    • Verhoogde prikkelbaarheid?
  • Heeft u last van geheugenbeperkingen?
  • Lijdt u aan spraak, taalstoornissen?
    • Z. bv. Is het in een gesprek moeilijk om het juiste woord te vinden (afasie)?
  • Voel je je agressief?
  • Hoelang bestaan ​​deze wijzigingen?
  • Zijn de klachten plotseling begonnen of zijn ze binnengeslopen?
  • Wat waren de eerste symptomen?
  • Hoe snel verslechteren de symptomen?
  • Zijn er de afgelopen jaren depressieve of psychotische episodes geweest Let op: een depressieve stoornis kan een voorbode zijn van dementie (= onafhankelijke risicofactor voor het ontwikkelen van dementie); depressie kan echter ook dementie veinzen (voorheen 'depressieve pseudodementie' genoemd)
  • Zijn er nog andere symptomen aanwezig?
  • Zijn er medicijnen gestart of stopgezet? [zie onder medicatiegeschiedenis].

Vegetatieve anamnese incl. voedingsanamnese.

  • Bent u te zwaar​ Geef ons uw lichaamsgewicht (in kg) en lengte (in cm).
  • Heeft u een verhoogde of verminderde eetlust?
  • Heeft u last van slaapstoornissen?
  • Rook je? Zo ja, hoeveel sigaretten, sigaren of pijpen per dag?
  • Drink je alcohol? Zo ja, welke drank (en) en hoeveel glazen per dag?
  • Gebruikt u drugs? Zo ja, welke medicijnen en hoe vaak per dag of per week?

Zelfgeschiedenis incl. medicatiegeschiedenis.

  • Reeds bestaande aandoeningen (zie hieronder ziektegerelateerde oorzaken van dementie​ verstoorde elektrolytenbalans, bijv. hyponatriëmie?).
  • Operations
  • Allergieën

Medicatiegeschiedenis

  • Antiandrogenen in prostaat kanker patiënten (androgeendeprivatie: 2.2-voudig verhoogd risico).
  • Anticholinergica; in het bijzonder het gebruik van meerdere anticholinergica; associaties waren soms na 15 tot 20 jaar nog aantoonbaar
  • Anti-epileptica
  • Antihypertensiva
  • hormonen
    • Systemische hormoontherapie - studieresultaten:
      • Geen significante verschillen tussen estradiol-alleen en gecombineerde oestrogeen-progestageenpreparaten.
      • Vrouwen moesten de voorbereidingen minstens tien jaar hebben genomen voordat ze 60 waren; een kortere gebruiksduur ging niet gepaard met een verhoogd risico op dementie.
      • Vrouwen die 60 jaar oud waren toen de behandeling begon, vertoonden een grotere kans op dementie na slechts drie jaar gebruik.
  • Protonpompremmers (PPI; zuurremmers) bij oudere patiënten; een andere studie toonde aan dat MCI (milde cognitieve stoornis​ milde cognitieve stoornissen) en dementie, waren significant lager met PPI dan zonder Conclusie: gerandomiseerde studies ontbreken.
  • Psychotrope geneesmiddelen
  • Tamsulosin (α1-adrenoceptorantagonist).

Milieugeschiedenis

  • Anoxie, bijvoorbeeld als gevolg van anesthesie incident.
  • Leiden
  • Koolmonoxide
  • Solvent encefalopathie
  • Luchtverontreinigende stoffen: fijn stof (PM2.5) en stikstofoxiden; senioren met het grootste risico waren mensen met hartfalen of ischemische hartziekte
  • Perchloorethyleen
  • kwik
  • Vergiftiging door zware metalen (arsenicum, leiden, kwik, tallium).

Neuropsychologische korte tests.

Voor de eerste beoordeling van het onderprestatieprofiel beveelt de S3-richtlijn aan om een ​​van de volgende 'papier-en-potlood'-procedures te gebruiken om de beoordeling van cognitieve stoornissen te oriënteren:

  • Montreal Cognitve Assessment (MoCA) [bevat al een kloktest].
  • Mini-Mental State Examination (MMSE) [sterk afhankelijk van taal en opleiding; jaarlijkse testintervallen; patiënten met de ziekte van Alzheimer verloren gemiddeld 3 tot 4 punten na een jaar]
  • Dementia Detection (DemTect) [beter dan de MMSE voor vroege detectie van beginnende geheugenproblemen]
  • Een variant van de verschillende kloktesten [bruikbaar bij differentiële diagnose tussen dementie en depressie]