Training voor spieropbouw | Fysiotherapie voor knieartrose

Training voor spieropbouw

Spiertraining is vooral belangrijk in het geval van knie artrose en kan een zeer positieve invloed hebben op de verloop van de artrose. Er is een sterk ligamentisch apparaat aan de kniegewricht, wat zorgt voor een soepele bewegingsvolgorde. De verschillen pezen en ligamenten op de kniegewricht hebben een belangrijke ondersteunende functie en ontlasten het gewricht bij zware belasting.

Dit effect kan verder worden versterkt door goed opgeleid been spieren, zodat kraakbeen-schadelijke belastingen kunnen beter worden opgevangen, wat de ontwikkeling van de knie tegengaat artrose. Bij het trainen om spieren op te bouwen, moet de focus daarom liggen op het opbouwen van de kuit en dij spieren. Als onderdeel van de therapie van knie artroseleert de patiënt tijdens de fysiotherapie talloze oefeningen om dit doel te bereiken.

Diverse AIDS zoals apparaten, therapiebanden of gewichten kunnen hierbij worden gebruikt, en vaak hebben oefeningen met het eigen lichaamsgewicht al een positief effect. De spieropbouw moet in ieder geval in de beginfase worden gecontroleerd door een ervaren therapeut, die ervoor zorgt dat de oefeningen correct worden uitgevoerd en de patiënt kan ondersteunen. Meer oefeningen zijn te vinden in de artikelen:

  • Oefeningen voor knieartrose
  • Oefeningen voor kraakbeenschade
  1. Ze bevinden zich aan de zijkant onderarm Ondersteunen.

    De vrije arm wordt geschoord op de heup. Je lichaam vormt een lijn en je bekken blijft rechtop staan. Je benen worden alleen ondersteund door de buitenkant van je voet die eronder zit.

    Houd de positie vast. Deze oefening kan ook worden uitgevoerd met gebogen knieën.

  2. Ze hebben hun bovenlichaam in rugligging op hun bed gelegd. De billen en benen kijken uit het bed en beide hielen staan ​​op de grond.

    De knieën zijn ongeveer 90 graden gebogen en gaan niet over de tenen. De armen zijn gekruist achter de hoofd. Begin met lopen met je benen ter plaatse.

    Zorg ervoor dat u niet krijgt pijn in je knieën.

  3. Ondersteun uzelf met één hand op een stabiele tafel of aanrecht. Loop op je tenen en til er een op been. Houd het 3 seconden vast.

    Andere been blijft in teenpositie. Verander vervolgens de zijkant van het been. Loop echter nooit op uw hielen, maar houd ze omhoog.

  4. Voor de volgende oefening heb je een lege muur nodig en ga je op een bed of op de grond liggen.

    Zet je hielen tegen de muur en je tenen zijn hoger dan je knieën. Beide benen staan ​​een beetje op heupbreedte uit elkaar en je armen liggen losjes op de grond. Leg je benen tegen de muur alsof je ze weg wilt duwen.

    Span ook je dijen aan. Houd dit vast.

> Raadpleeg de artikelen voor verdere oefeningen met de Theraband:

  • Oefeningen voor knieblessures
  • Thera band oefeningen.
  1. Bind de Theraband rond je enkels. De benen staan ​​op heupbreedte uit elkaar.

    De Theraband kan een beetje los zitten. De aantrekkingskracht van de Theraband zou dan na de helft van de beweging merkbaar moeten zijn. Spreid nu een been opzij.

    Ga omhoog tot de trekkracht van de Theraband nauwelijks duurzaam is en blijf ongeveer 3 seconden in deze positie. Ga langzaam weer naar beneden en verander het been. De rug blijft tijdens de oefening recht en het bovenlichaam kantelt niet naar voren of zijwaarts.

  2. Je hebt weer het lint om je enkels gebonden.

    De benen zijn heup wijd en gaan dit keer met één been naar achteren. Als je omhoog bent, houd het been dan weer 3 seconden omhoog en ga weer naar beneden. Verander vervolgens het been en herhaal de oefening.

  3. Ze herhalen de oefening vanaf nummer 2, maar lopen deze keer niet achteruit met hun been, maar strekken ze het naar voren. Nogmaals, let op uw rug en houd uw bovenlichaam in het midden.