Overactieve schildkliertherapie

Synoniemen in de breedste zin van het woord

hyperthyreoïdie, ziekte van Graves, immunogene hyperthyreoïdie, jodiumdeficiënt struma, struma, hete knobbeltjes, autonome knobbeltjes

Drugs therapie

De thyreostatische (schildklieronderdrukkende) therapie zorgt ervoor dat de hormoonoverproductie in de schildklier. Alle patiënten met hyperthyreoïdie (hyperthyreoïdie) worden behandeld totdat een normale schildklierfunctie is bereikt (= euthyreoïdie). Bent u geïnteresseerd in medicamenteuze therapie voor hyperthyreoïdie?

In het volgende artikel vindt u uitgebreide informatie onder: Thyrostatica Zwavelhoudend thyrostatica zoals thiamazol (bijv. Favisatn ®), propylthiouracil (bijv. Propycil®) of carbimazol (bv. Car®) remmen de vorming van voorlopers van schildklierhormoon.

De inname moet gedurende 6-8 dagen worden ingenomen voordat het effect optreedt (= latentieperiode). Een andere groep van thyreostatische geneesmiddelen zijn perchloraten, zoals natrium perchloraat (bijv. Irenat®). Ze voorkomen de opname van jodium in de schildklier, zodat de hormoonproductie wordt verstoord.

Deze medicijnen werken snel, waardoor het effect snel voelbaar is. Mogelijke bijwerkingen van thyrostatische therapie zijn allergische reacties met huiduitslag, koorts, gewricht of spier pijn. Bovendien is het aantal wit bloed cellen (= leukocyten) en bloedplaatjes (= trombocyten) kunnen vallen, daarom regelmatig bloedbeeld controles moeten worden uitgevoerd tijdens medicamenteuze behandeling.

Na het stoppen van de medicatie, de schildklier wordt vaak weer overactief, vooral in Ziekte van Graves, daarom radioactief jodiumtherapie of een operatie moet worden uitgevoerd zodra euthyreoïdie, dwz normale schildklierfunctie, is bereikt. Als de patiënt heeft Ziekte van Graves voorwaarde of hypothyreoïdie moet ten koste van alles worden vermeden, aangezien een bestaande endocriene orbitopathie (Zie hyperthyreoïdie) kunnen onder deze omstandigheden verslechteren. Als het hart- snelheidsverhogingen kunnen bètablokkers onafhankelijk van de thyreostatische therapie worden toegediend, aangezien dit onder andere de omzetting van het schildklierhormoon T4 in het hormoon T3 remt, de meer actieve vorm van de twee. hormonen.

Werking

Chirurgische therapie wordt uitgevoerd wanneer er een uitgesproken vergroting van de schildklier is (struma) en verplaatsingssymptomen van aangrenzende structuren als gevolg van de vergroting van de schildklier treden op. Als een kwaadaardige verandering in de schildklier (schildklier kanker) wordt vermoed, moet ook een operatie worden uitgevoerd. De thyreotoxische crisis is ook een indicatie voor chirurgische behandeling van hyperthyreoïdie.

Chirurgie is de voorkeursprocedure in aanwezigheid van autonome schildkliergebieden. Na de operatie, afhankelijk van de grootte van het resterende weefsel, hypothyreoïdie kan zich ontwikkelen, daarom postoperatief (= na operatie) TSH niveauregeling is noodzakelijk. Patiënten met Ziekte van Graves een zogenaamde bijna totale resectie van de schildklier krijgen: het orgaan wordt verwijderd tot 2 ml restvolume.

Als een kwaadaardige tumor van de schildklier wordt vermoed, wordt de schildklier volledig verwijderd. Na de operatie de schildklier hormonen moeten worden vervangen, dwz vervangen, omdat het orgel niet langer een of een voldoende hoeveelheid kan produceren hormonen die het lichaam nodig heeft. Een operatie is niet mogelijk als kleine en diffuus verspreide, overfunctionele delen van de schildklier de symptomen veroorzaken of als de patiënt niet kan worden geopereerd vanwege andere ziekten of beperkingen (= onbruikbaarheid).