Welke bijbehorende symptomen treden op? | Artrose van de wervelkolom - Hoe wordt het behandeld?

Welke bijbehorende symptomen treden op?

Spinale artrose manifesteert zich voornamelijk door pijn in de wervelkolom. In de vroege stadia spreekt men van zogenaamde “aanslag” pijn“. Deze treden op in de ochtend na het opstaan.

Wanneer de wervelkolom plotseling het lichaamsgewicht weer moet dragen, worden de afzonderlijke wervellichamen sterker tegen elkaar gedrukt. Als ze bewegen, verschuiven ze tegen elkaar, wat kan leiden tot pijn. Afgezien van deze aanvankelijke pijnen, zijn getroffen personen normaal gesproken vrij van klachten in rust.

De pijn treedt meestal op tijdens beweging en belasting, zoals de wervel gewrichten worden bijzonder gestrest. Als de hele wervelkolom wordt aangetast door artrose, manifesteert de pijn zich meestal eerst in de lumbale regio, omdat daar het grootste gewicht moet worden gedragen. Na verloop van tijd gaan de degeneratieve veranderingen steeds verder omhoog totdat de hele wervelkolom is aangetast.

Bovendien, de pijn in de rug leidt meestal tot verhoogde spanning van de rugspieren, die zich op hun beurt over de hele rug verspreiden. In aanvulling op kraakbeen en botschade, ruggenmerg artrose kan ook de zenuwvezels aantasten. Daarom extra symptomen zoals schieten zenuwpijn kan voorkomen.

Vanaf de lumbale wervelkolom stralen ze meestal uit in de billen en dij. Van de cervicale wervelkolom, de armen, schouders, nek en achterkant van de hoofd hebben meer kans om te worden beïnvloed. Rugpijn bij spinale artrose kan in eerste instantie worden verklaard door de degeneratieve veranderingen.

Door slijtage van tussenwervelschijven en kraakbeen, het wervelbot is niet voldoende beschermd, het gevoelige periosteum is geïrriteerd en veroorzaakt stressgerelateerd pijn in de rug. Bovendien schuren de wervels direct tegen elkaar, waardoor kleine botssplinters loskomen. Deze blijven in de gewrichtsruimte en versterken daar de botafschuring, wat de vorming van artrose.

Rugpijn is echter niet alleen te wijten aan botschade. De aanvankelijke pijn veroorzaakt spanning in de rugspieren, na een bepaalde tijd deze spanningen hebben invloed op de hele rug, ongeacht waar de artrose bevindt zich in de wervelkolom. Hierdoor ontstaat een vicieuze cirkel, aangezien een gespannen rugspierstelsel op zijn beurt minder bescherming biedt tegen nieuwe stoten die de artrose verder versterken.

Bij spinale artrose bestaat rugpijn dus uit twee componenten: gelokaliseerde pijn bij de artrotisch veranderde wervel gewrichten en gegeneraliseerde rugpijn als gevolg van de reflexief gespannen rugspieren. In veel gevallen zijn de tussenwervelschijven of het verlies van schijven de oorzaak van spinale artrose. Een hernia kan er bijvoorbeeld voor zorgen dat de wervels direct tegen elkaar botsen en artrose vormen.

Op hetzelfde moment, de tussenwervelschijf drukt op de spinal cord en oorzaken zenuwpijn. Door de artrotische veranderingen zelf wordt de gewrichtsruimte tussen de wervellichamen kleiner. De zenuwen op hun uitgangspunten kunnen bekneld raken of geïrriteerd raken. Zenuwpijn is typisch een trekkende pijn die uitstraalt naar de aanvoerende gebieden (beenbillen of arm en schouder).