Hoe lang duurt het om een ​​scafoïdfractuur te genezen? | Scafoïdfractuur - Scafoïdfractuur

Hoe lang duurt het om een ​​scafoïdfractuur te genezen?

Afhankelijk van het type, de locatie en de therapeutische behandeling van het scafoïd breukkan de duur van de therapie variëren tussen twee en twaalf weken. Schippersbotje breuken van de twee scafoïd-tertsen nabij de pols worden als bijzonder moeilijk beschouwd. Daarentegen fracturen van de derde nabij de vinger genezen meestal sneller.

Als een conservatieve behandeling met een gips spalk wordt gebruikt, een breuk in de buurt van de vinger kan naar verwachting binnen 6-8 weken genezen. De meer gecompliceerde tweederde bij de pols genezen meestal pas na 10-12 weken immobilisatie. Er zijn ook verschillen in de duur van de chirurgische behandeling met een Herbert-schroef en interfragmentaire compressie.

Schippersbotje breuken dichtbij de vinger hoeven meestal alleen te worden geïmmobiliseerd met een gips cast gedurende 2 weken na de operatie. Breuken bij de pols twee tot vier weken nodig hebben. Hoe lang het duurt om te genezen het scafoïd breuk hangt uiteindelijk ook af van de leeftijd en het algemeen voorwaarde van de patiënt.

Er moet ook rekening mee worden gehouden dat na een immobilisatie van 12 weken een vervolgbehandeling met fysiotherapie en / of revalidatie nodig kan zijn, aangezien het gewricht gedurende een zeer lange periode niet is bewogen! Naast het beperkte bewegingsbereik (dat meestal direct het gevolg is van de immobilisatie van de spieren en gewrichten en niet van de fractuur zelf), kunnen er na een conservatieve behandeling nog andere restverschijnselen optreden. Deze omvatten zwelling, gevoelloosheid in arm en hand en / of verhoogde gevoeligheid voor het weer.

Ook na een operatie kunnen er klachten ontstaan. Omdat zenuwen lopend in de onderarm kunnen geïrriteerd raken tijdens de operatie, de getroffen gebieden kunnen ook tintelingen of gevoelloosheid ervaren. Deze symptomen verdwijnen dan binnen enkele maanden volledig, maar uiteindelijk in bijna alle gevallen, zodat de pols net zo fit is voor gebruik als voor het ongeval.

Het kan echter ook voorkomen dat het genezingsproces nogal ongunstig verloopt. De kans hierop is vooral groot als een klein stukje van het bot is weggeblazen, dat niet voldoende kan worden voorzien bloed en daarom wordt het genezingsproces vertraagd en bemoeilijkt, of als a schippersbotje breuk blijft lange tijd onopgemerkt en blijft daarom onbehandeld. Dan in sommige gevallen een pseudartrose of het scafoïd ontwikkelt.

Dit betekent dat de botfragmenten niet goed weer aan elkaar groeien. Dit leidt uiteindelijk tot symptomen die lijken op die van artrose. Bot wrijft tegen bot, waardoor pijn voor de patiënt en leidt tot beperkte mobiliteit in het gewricht. In zo'n geval is er meestal een indicatie voor (verdere) chirurgische ingreep om te voorkomen dat de klachten chronisch worden en de hand niet goed gebruikt kan worden.