Differentiële diagnose | Diagnose van ADHD

Differentiële diagnose

Zoals op het gebied van ADHD en op andere gebieden ligt het probleem van het diagnosticeren van "ADHD" in de neiging om een ​​zogenaamd "klein" probleem rechtstreeks toe te wijzen aan een centrale leren probleem. Dit betekent dat kinderen of volwassenen ook “gewoon” last kunnen hebben van een gebrek aan concentratie. Dit is niet altijd ADHD.

Er zijn ook verschillende gedragsproblemen bij kinderen. Niet in de laatste plaats daarom is een differentiële diagnostische differentiatie van de symptomen noodzakelijk. Op basis van de verschillende diagnostische onderzoeken is al duidelijk dat sommige gebieden specifiek andere ziekten proberen uit te sluiten.

Zo probeert de arts neurologische aandoeningen uit te sluiten door middel van differentiële diagnose door middel van verschillende interne en neurologische onderzoeken van verschillende stofwisselingsstoornissen, visuele en / of gehoorstoornissen en in het bijzonder om de feitelijke oorzaak toe te wijzen aan bestaande staten van uitputting. Differentiële diagnostische stoornissen omvatten onder meer het uitsluiten van ernstige psychische stoornissen, zoals Tourette syndroom, Depressie, Angst stoornissen, manie, dwanghandelingen (tics), autisme, het syndroom van Asperger en bipolaire stoornissen (= manisch-depressieve stoornissen). Slechts zelden lijden kinderen naast nog een van deze ziekten ADHD.

Op cognitief gebied, verminderde intelligentie, partiële prestatiestoornissen zoals dyslexie or dyscalculie moeten worden uitgesloten, evenals hoogbegaafdheid of gedeeltelijk gebrek aan concentratie. Met name als er problemen zijn in de differentiële diagnose reeds worden gedefinieerd, moeten ernstige ontwikkelingsstoornissen, affectieve stoornissen en een symptoomversterkende thuisomgeving worden uitgesloten. Differentiële diagnose omvat ook diepgaande ontwikkelingsstoornissen, affectieve stoornissen en een thuisomgeving die symptomen versterkt.

Samengevat

Kinderen en volwassenen met ADHD vinden het moeilijk om zich te concentreren, de afleidbaarheid is enorm. Opvallend is ook dat gestarte werkzaamheden vaak niet af zijn. Dit is precies het punt waarop de problemen duidelijk worden, waaraan met name een kind met ADHD op school kan worden blootgesteld.

Zelfs als de intelligentie binnen het normale, soms zelfs bovengemiddelde bereik ligt, kunnen de getroffenen de tekortkomingen veroorzaakt door een gebrek aan concentratie. Het is niet ongebruikelijk dat kinderen en volwassenen met ADHD ook een zwakte hebben in lezen, spellen of rekenen. De combinatie van ADHD en gedeeltelijke prestatietekorten (dyslexie or dyscalculie) kunnen niet worden uitgesloten.

Om de getroffenen te kunnen helpen, moet de therapie van ADHD gericht zijn. Met name in jeugdkinderen terechtwijzen en beledigen verandert niets. Ouders en leerkrachten hebben geduld en vooral (zelf) beheersing nodig. Consequente educatieve actie, het opstellen en naleven van overeengekomen regels is de topprioriteit voor kinderen met ADHD.