Maagendoscopie met anesthesie

Gastroscopie onder plaatselijke verdoving

Als de gastroscopie zonder verdoving wordt uitgevoerd, krijgt u doorgaans enkele uren voor het onderzoek een kalmerend medicijn toegediend. Vervolgens wordt kort voor de gastroscopie een speciale spray gebruikt om de keel licht te verdoven, zodat er bij het inbrengen van de sonde geen kokhalsreflex ontstaat.

Bij gastroscopie is een andere anesthesie dan lokale anesthesie meestal niet nodig, omdat het slijmvlies van het maag-darmkanaal minder gevoelig is voor pijn. Daarom veroorzaakt gastroscopie geen pijn.

Door geen algemene anesthesie te gebruiken, wordt de bloedsomloop minder belast en worden het bewustzijn en het reactievermogen slechts in geringe mate beïnvloed door het kalmerende middel. Hierdoor kunt u na de gastroscopie sneller naar huis.

Eet of drink niet meer totdat de plaatselijke verdoving volledig is uitgewerkt. Meestal duurt dit ongeveer twee uur.

Gastroscopie onder verdoving

De patiënt bevindt zich tijdens de gastroscopie in een soort schemerslaap en ook de duur van de behandeling wordt als korter en prettiger ervaren. Zodra de gastroscopie is voltooid, gaat hij of zij naar een verkoeverkamer. Daar blijft de patiënt in de gaten totdat hij niet meer moe is.

De zelfbeoordeling en het reactievermogen zijn na een dergelijke sedatie enkele uren lang verminderd. Gedurende deze tijd kunt u niet actief deelnemen aan het wegverkeer en geen machines bedienen.

Laat u naar huis begeleiden (ophaalpersoon, taxi) als de gastroscopie poliklinisch in een dokterspraktijk is uitgevoerd. Bespreek met uw arts hoe lang u uit de buurt van verkeer en machines moet blijven. In de regel raadt hij aan om gedurende 12 tot 24 uur niet te rijden en dergelijke. De exacte tijdsperiode hangt vooral af van de toegediende medicatie.

Gastroscopie met anesthesie

Medicatie wordt gebruikt om de pijnsensatie en reflexen van de patiënt uit te schakelen terwijl de patiënt diep slaapt. Tijdens dit proces wordt de patiënt kunstmatig beademd en worden vitale functies zoals hartslag en zuurstoftoevoer bewaakt. Na gastroscopie onder algemene anesthesie moet de patiënt onder toezicht blijven totdat het verdovende effect volledig is uitgewerkt.

Net als bij lichtere sedatie mogen patiënten na algemene anesthesie niet autorijden of machines bedienen.

In tegenstelling tot lokale anesthesie en sedatie brengt gastroscopie onder narcose extra risico’s met zich mee. Om deze reden moet de arts vooraf nader onderzoek doen om ervoor te zorgen dat risicofactoren zoals hart- en vaatziekten worden opgehelderd.