Rugtraining

Introductie

De rugspieren mogen niet ontbreken in een goed trainingsprogramma voor spieropbouw. Naast een ondersteunend effect op arm en been bewegingen is een gezonde rug vooral belangrijk voor een goede houding en rechtop lopen. Rugklachten worden in Duitsland als de meest voorkomende ziekte beschouwd en mogen daarom niet worden onderschat.

Met een gerichte spieropbouwende training voor de rug verklein je de kans op blessures aan de wervels en tussenwervelschijven, bescherm je jezelf tegen een slechte houding en verlicht je eventuele klachten. Voordat u weer begint met trainen, moeten eventuele problemen altijd met een arts worden besproken. Bij rugtraining worden de rugspieren getraind met verschillende doelen.

De diepe lange rugextensor (M. errector spinae) voorkomt bijvoorbeeld dat de rug naar voren kantelt wanneer het bovenlichaam tijdens het staan ​​wordt gebogen. Deze spier is het meest uitgesproken in het gebied van de lumbale wervelkolom en wordt smaller en zwakker naarmate hij omhoog beweegt langs de wervelkolom. Gerichte rugtraining van deze spiergroep wordt vooral aanbevolen bij klachten in het lumbale wervelkolomgebied.

Een andere grote spier in de rug is de brede rugspier (M. latissimus dorsi). Deze spier is verantwoordelijk voor het trekken tegen het lichaam van “boven de voorkant” (latissimus trekken / klimmen) tijdens rugtraining. De ruitvormige spier (ruitvormige spier) en de transversale trapezius spier (trapeziusspier) nemen de functie over van het trekken van het gewicht van voren naar het lichaam (roeien).

Deze spieren bevinden zich in het gebied van de thoracale wervelkolom. Bij het trainen van de rug wordt bijna geen enkele spier geïsoleerd getraind. Andere spieren hebben altijd een ondersteunende functie.

Bij het trainen van de rug wordt daarom altijd onderscheid gemaakt tussen een doelspier en de ondersteunende spieren. Voor volksgezondheid Daarom moet rugtraining altijd in combinatie met buikspiertraining worden overwogen. Rechte buikspier en diepe lange rugextensoren vormen rompflexoren en rompextensoren. Ze zijn daarom, vergelijkbaar met biceps en triceps, agonist en antagonist. Onevenwichtigheden in de rompspieren veroorzaken vaak rug pijn.