Dosering | Arcoxia 90 mg

Dosering

Arcoxia® is geen geneesmiddel dat bij kinderen of adolescenten of tijdens zwangerschap en borstvoeding. Therapie met Arcoxia® kan alleen worden gestart op de leeftijd van 16 jaar. Het is belangrijk dat het medicijn niet wordt overdosis.

Voor pijn therapie mag alleen een zo lage dosis worden ingenomen dat de pijn wordt verlicht. Bovendien mag het medicijn niet langer dan nodig worden ingenomen, omdat het risico op een beroerte or hart- aanval neemt toe met de duur van de behandeling. De specifieke dosering hangt af van de ziekte die behandeld moet worden met Arcoxia®.

Voor de behandeling van artrose wordt 30 mg etoricoxib eenmaal daags aanbevolen, wat overeenkomt met 1/3 van Arcoxia® 90 mg. Voor reumatoïde artritis de dosis is 90 mg eenmaal daags, dus één tablet Arcoxia® 90 mg kan worden ingenomen. Een dosis van 90 mg wordt ook aanbevolen pijn na een tandheelkundige ingreep en de ziekte van Bechterew.

De dosis is echter hoger voor acute pijn tijdens jicht aanval. In dit geval kan 120 mg van de werkzame stof etoricoxib worden ingenomen, maar alleen zolang de pijn acuut is. Na maximaal 8 dagen moet de therapie worden gestopt met 120 mg en overgeschakeld naar een normale dosering. Patiënten met lever schade moet zorgvuldig worden gedoseerd en de dosis moet worden aangepast aan de omvang van de schade.

Bijwerkingen

Over het algemeen wordt aangenomen dat Coxibe (remmers van COX-2) beter wordt verdragen in vergelijking met hun familieleden, COX-1-remmers zoals ibuprofen, omdat ze minder bijwerkingen hebben. In het algemeen dient bij bijwerkingen de apotheker of arts te worden geraadpleegd. Schade aan het maagdarmkanaal is bijvoorbeeld veel minder ernstig wanneer COX-2-remmers worden ingenomen dan COX-1-remmers.

In het algemeen kunnen, zoals bij alle andere geneesmiddelen, intolerantie of allergische reacties optreden bij het gebruik van Arcoxia®. In dat geval moet de therapie worden onderbroken en moet in overleg met de arts een nieuw medicijn worden gekozen. Een ander relevant bijwerkingenprofiel van Arcoxia® zijn de bijwerkingen op de cardiovasculair systeem.

Het grootste risico is voor patiënten met milde tot gevorderde patiënten hart- mislukking, omdat de effecten van Arcoxia® de beschikbare vloeistof op de nier, waardoor het hart zwaarder wordt belast. Daarnaast remming van COX-2 door reductie prostaglandines verhoogt het risico op coronair slagader vernauwing en de vorming van bloed bloedstolsels (trombi), die kunnen leiden tot hart- aanvallen of beroertes. Bijwerkingen van Arcoxia® die zich op de huid manifesteren kan de uiting van beschadiging zijn interne organen of het resultaat van een allergische reactie.

Huidbloeding door Arcoxia® komt vaak voor. Bovendien manifesteren allergische reacties zich in de vorm van jeuk of uitslag op de huid. Echter, zwelling in het gezicht en nek gebied kan ook voorkomen, wat kan leiden tot ademhaling en slikproblemen en moet dan met spoed worden behandeld.

De huid kan ook gezwollen zijn in andere delen van het lichaam, vooral in de periferie (armen, benen, handen, voeten); de zwellingen duiden op bijwerkingen die voortkomen uit de nier. Dit komt doordat er niet genoeg vocht wordt uitgescheiden en het lichaam slaat deze vloeistof op in het weefsel (dit wordt oedeem genoemd) om het toegenomen vloeistofvolume op een andere manier te compenseren. Afgezien van bijwerkingen van de nier, bijwerkingen van de lever is ook te herkennen aan de huid.

In het geval van dramatische bijwerkingen van de lever of schade aan de lever, de huid en ogen kunnen geel worden (geelzucht). Als een dergelijke verkleuring wordt waargenomen, moet dringend een arts worden geraadpleegd die de lever zal controleren. Bijwerkingen op de lever worden voor het eerst opgemerkt in laboratoriumtests, wanneer de laboratoriumparameters van de lever veranderen.

Vrij zelden, een gele verkleuring van de huid en ogen, de zogenaamde geelzucht, komt voor. Arcoxia® kan leverschade verergeren of veroorzaken als het niet op maat wordt gebruikt. Arcoxia® remt COX-2, dat belangrijke functies bij de nieren vervult.

De metabolieten van COX-2, de prostaglandines, Verhoging bloed stroom- en filtratiesnelheid van de nier, evenals plassen en de afgifte van het hormoon renine. Dit laatste is belangrijk voor de vochtregulatie evenwicht en bloed druk. Daarom bestaat het risico dat Arcoxia® kan voorkomen dat de nier alle bloed en vloeistofcomponenten filtert die moeten worden uitgescheiden.

Er wordt niet genoeg vocht uitgescheiden en het overtollige vocht wordt in het bloed verdeeld en als weefselafzettingen. Hierdoor ontstaat vochtophoping in de benen en heeft het hart minder bloed te verwerken, wat vooral schadelijk kan zijn voor een patiënt met een reeds bestaande hartfalen. Bovendien kan de veranderde uitscheiding van de nieren leiden kalium zich ophopen in het lichaam, wat leidt tot verhoogde kaliumspiegels in het bloed (hyperkaliëmie).

Deze hyperkaliëmie kan leiden tot hartritmestoornissen. Arcoxia® mag daarom niet meer worden gebruikt als de nieren ernstig zijn beschadigd. In het algemeen is bijzondere voorzichtigheid geboden op oudere leeftijd, met een beperkte nierfunctie en een bekende nierfunctie suikerziekte mellitus.

Alcoholgebruik wordt in principe niet aangeraden zolang men medicatie gebruikt, omdat de afbraak van alcohol de lever belast, die ook nodig is voor de afbraak van geneesmiddelen zoals Arcoxia®. Dit is de reden waarom gelijktijdige inname op de lange termijn vaak leidt tot leverschade. Het is algemeen bekend dat alcohol niet compatibel is met de inname van pijnstillers van de NSAIDs-groep. Hun bijwerkingen kunnen worden veroorzaakt of versterkt. Tijdens het gebruik van Arcoxia® moet het alcoholgebruik worden gestopt.