Goutweed: toepassingen, behandelingen, gezondheidsvoordelen

Aegopodium podagraria is de Latijnse naam voor goutweed, een plant uit de schermbloemigenfamilie. Door tuinders wordt de vaste plant als onkruid bestreden. Ondertussen waarderen genezers en koks het als geneeskrachtig kruid en wilde groente.

Voorkomen en teelt van jichtkruid

Volgens de middeleeuwse handtekeningenleer is Aegopodium podagraria in de natuurgeneeskunde gebruikt tegen jicht in de voeten. De wetenschappelijke naam Aegopodium podagraria voor jichtkruid, ook wel geitenpoot genoemd, is afgeleid van de Griekse woorden "aigeos" voor geit en "podos" voor voet, aangezien de vorm van de bladeren lijkt op een geitenpoot. Volgens de middeleeuwse handtekeningenleer wordt Aegopodium podagraria in de natuurgeneeskunde gebruikt tegen jicht in de voeten. Het gebruik ervan in reumatiek wordt ook gedocumenteerd. De plant is inheems in heel Europa, met uitzondering van het Iberisch schiereiland. Het wordt ook gevonden in de gematigde klimaten van Azië en Noord-Amerika. Het groeit in tuinen, langs heggen, in struiken, parken en in vochtige bossen, vaak langs rivieroevers en beken. Goutweed geeft de voorkeur aan bodems met voldoende grondwater en stikstof, dus het is heel gebruikelijk in moerassige gebieden. De meerjarige struik wordt tot 90 centimeter hoog en bloeit tussen juni en augustus. De eivormige zaden ontwikkelen zich in de herfst uit de bloemen. Met zijn ondergrondse uitlopers verspreidt de vaste plant zich in zeer korte tijd, waardoor in één jaar tot drie vierkante meter ontstaat. De witte wortels zijn licht giftig vanwege hun component falcarindiol. Vanwege de ondergrondse scheuten is het bijna onmogelijk om te temmen en daarom niet populair bij tuinders. Wie echter geïnteresseerd is in de genezende kracht van de plant en het gebruik ervan in de keuken, heeft altijd voldoende voorraad, want de vaste plant verspreidt zich snel. Omdat het milde winters overleeft met zijn bladeren dicht bij de grond, wordt het als gedeeltelijk wintergroen beschouwd.

Effect en toepassing

Er wordt aangenomen dat Aegopodium podagraria al op het menu stond in het stenen tijdperk. De vroegste vermeldingen van jichtwier zijn alleen te vinden in de middeleeuwen en de renaissance. In die tijd werd het zowel als medicinale plant als als voedselplant gebruikt. Bladeren en de geplette wortels van de plant werden op de aangetaste delen van het lichaam geplaatst voor ischias pijn, reumatiek en jicht​ Wilde groenten en salades gemaakt van jichtkruid waren populair aan het Poolse koninklijke hof. In de voormalige klooster- en boerentuinen werd jichtkruid gekweekt als een nuttige plant. Hildegard von Bingen waardeerde het vanwege zijn levengevende eigenschappen. Goutweed bevat veel vitamine C, vier keer zoveel als een citroen. mineralen zoals kalium, magnesium, calcium, mangaan, koper, zink, caroteen, kiezelzuur en ijzer zijn ook in grotere hoeveelheden aanwezig. Andere bestanddelen zijn etherische oliën, chlorogeenzuur, isoquercitrine, polyolen, fenol carbonzuren, coumarines, flavonolglycosiden, hars, hyperoside en cafeïnezuur. Hoewel de wetenschap tot nu toe geen enkel bewijs heeft kunnen leveren van het werkingsmechanisme van jicht, en de plant daarom niet langer wordt vermeld in de recentere farmacopeeën, wordt ze vanwege de effecten nog steeds zeer serieus genomen als medicinale plant. Het is krampstillend, ontgiftend en bloed zuiverende eigenschappen staan ​​buiten kijf. De relatief hoge kalium inhoud beïnvloedt het metabolische proces in het lichaam, spoelt uit water zonder de elektrolytische te belasten evenwicht van het organisme. Vanwege de aanzienlijke inhoud van mineralen, jicht heeft een alkalische werking, bevordert de stofwisseling en ontzuurt het lichaam. Dus de bindweefsel wordt versterkt. In de Middeleeuwen werd jichtkruid ook gebruikt om cardiovasculaire problemen te behandelen. In de volksgeneeskunde wordt de plant tegenwoordig gebruikt in de vorm van thee van gedroogde bloemen en bladeren, externe toepassingen, als badadditief, voor salades en als groente. In homeopathieworden de vers bloeiende planten verwerkt, en gebruikt tegen jicht en reumatiek.

Belang voor gezondheid, behandeling en preventie.

Zelfs als de geneeskunde geen enkel wetenschappelijk voordeel aantoont voor jicht, speelt het naast het drainerend effect nog steeds een belangrijke rol in de natuurgeneeskunde. De lijst met indicaties is vrij uitgebreid. Goutweed helpt tegen cystitisIs bloed zuivert, ontzuurt de weefselvocht, stimuleert nier activiteit en lost op problemen met de spijsvertering. In het geval van zonnebrand en insectenbeten, geplette bladeren, direct op de plek aangebracht, laat de ontsteking om snel te verdwijnen en af ​​te koelen huid​ Bij jicht en reuma wordt een gecombineerde interne en externe toepassing aanbevolen. Patiënten baden in een afkooksel van gedroogde jichtkruidwortels. Een salade van jonge jichtkruidblaadjes is het meest effectief als het vers wordt gegeten. De Zwitserse kruidkundige Künzle, die begin 20e eeuw intensief met jichtwier werkte, raadde zelfs verse jichtwier aan als schoeninzetstuk tegen reuma. Voor zuivering en ontgifting natuurgenezers adviseren een tiendaagse lentekuur met jichtkruidensap, dat wordt geperst uit verse scheuten en verdund met minerale water of karnemelk. Goutweed kan ook op fantasierijke manieren in de keuken worden gebruikt. De jonge, lichtgroene scheuten smaak als een mengsel van wortel, peterselie en spinazie en zijn geschikt voor verse salades. De oudere bladeren zijn intenser en combineren met uien en knoflook om een ​​lekkere groente te maken. Kruidenboters, soepen, sauzen, ovenschotels en aardappelgerechten kunnen worden verrijkt met jichtkruid. Gemengd met roomkaas of kwark, kan een gezonde spread worden gemaakt. De jichtkruidbloemen zijn ook eetbaar en smaak zoeter dan de rest van de plant. Ze zijn geschikt om kruidenlimonades op smaak te brengen, azijn en olie. De stengels en knoppen zijn ook lekker als groente. De bladeren en de wat pittigere zaden kunnen worden gedroogd, vermalen poeder en een interessante smaakmaker voor soepen en sauzen.