Beenmergoedeem

Introductie

Bone Marrow Oedeemsyndroom (BMES) of voorbijgaand osteoporose is een tijdelijke ziekte van de botten, in de meeste gevallen de heup. Echter, knieën en bovenwerk enkel gewrichten kan ook worden beïnvloed, hoewel minder vaak. Een spontane pijn in de heup is het klassieke leidende symptoom van deze ziekte.

Statistisch gezien worden mannen veel vaker getroffen dan vrouwen. Bij beide geslachten komt de ziekte meestal voor op middelbare leeftijd, dwz tussen het 3e en 5e levensdecennium. Op basis van de symptomen en door middel van MRI kan een diagnose zeer betrouwbaar worden gesteld.

Oorzaken

De oorzaken van de primaire beenmerg oedeemsyndroom zijn nog steeds onduidelijk, wat in het technische jargon "idiopathisch" wordt genoemd. Het kan echter optreden als een secundair gevolg van andere ziekten. Traumatische letsels, zoals een kneuzing, spelen hier een directe rol of kunnen indirect leiden tot weefselverlies en uiteindelijk tot een CMO via circulatiestoornissen. Zelfs in het laatste trimester van een zwangerschap, MOCT kan zelden optreden als gevolg van compressiefracturen van de lumbale wervelkolom.

Diagnose

Röntgenstraal examens zijn meestal onopvallend in het primair beenmerg oedeem syndroom, aangezien een vermindering van botdichtheid is pas zichtbaar na een verlies van 40% van de gebruikelijke botstof. Slechts soms, maar meestal pas een tot twee maanden na het begin van de symptomen, is een hart--vormige (focale) afname van de dichtheid zichtbaar. De secundaire CMOS kan daarentegen karakteristieke veranderingen van de onderliggende ziekte vertonen Röntgenstraal.

De ontstekings- en reumatische waarden blijven negatief in bloed tests voor beide vormen. De beste manier om beenmergoedeem met bijna 100% zekerheid vast te stellen, is door middel van MRI en het te onderscheiden van andere ziekten. Dit toont duidelijk beenmergoedeem, dwz de verhoogde ophoping van weefselvocht, vooral in het dijbeen hoofd en nek.

Dit kan ook het geval zijn in diepere delen van het dijbeen en kan een wazig gebied zijn. Deze afbeelding is typisch voor een CME. EEN scintigrafie kan ook nuttig zijn bij het stellen van een diagnose.

Door radioactieve markers te gebruiken, is een kenmerkend toegenomen bloed doorbloeding van de heup en een verhoogde activiteit van de botvormende cellen wordt zichtbaar. Het belangrijkste differentiële diagnose is osteonecrose. Dit is de dood van botsubstantie als gevolg van een infarct (de afsluiting van een vaartuig). Met de bovengenoemde onderzoeksresultaten osteonecrose is heel goed te onderscheiden van CMSO.