Spierafbraak: functie, taken, rol en ziekten

Er zijn 3 verschillende oorzaken van spierverlies. Enerzijds komt het 'normale' verlies als onderdeel van het verouderingsproces ter discussie. Ten tweede, de afname van spieren massa kan het gevolg zijn van inactiviteit of een ziekte van de spier of zenuwstelsel.

Wat is spierverspilling?

Spierverspilling houdt in dat een spier meetbaar en soms zichtbaar dunner wordt en verliest sterkte​ Spierafbraak houdt in dat een spier meetbaar en soms zichtbaar dunner wordt en verliest sterkte​ Heel grofweg kunnen spieren worden onderverdeeld in twee hoofdstructuren. Dit zijn ten eerste de structuren die actief kunnen samentrekken (samentrekken) en ten tweede het passieve weefsel, waaronder de pezen en omhulsels van de algehele spier en zijn subeenheden. In de eerste plaats vindt spierafbraak plaats in de contractiele elementen. Het overheersende proces is een afname van de doorsnede van spiervezels en in de tweede plaats een afname van hun aantal. Twee mechanismen moeten intact zijn om een ​​spier zonder interferentie te laten functioneren. Een daarvan is de functie van de zenuwstelsel, waar impulsen worden gegenereerd en naar de spier worden geleid. De andere is de juiste functie van de spier zelf. Het moet de inkomende prikkels kunnen ontvangen en verwerken en het moet kunnen samentrekken. Stimulusontvangst vindt plaats in de zogenaamde motor-eindplaten. Van daaruit wordt de inkomende impuls via bepaalde kanaalsystemen naar het binnenste van de spier overgedragen, waar deze naar een calcium loslaten in het inwendige van de cel. Als het concentratie hoog genoeg is, treedt een samentrekking op in de sarcomeren, de kleinste functionele eenheden in de spiercel, onder energieverbruik, waarbij de sarcomeren worden ingekort of onder verhoogde spanning worden gebracht.

Functie en taak

De primaire taak van een spier, naast warmteproductie, is het ontwikkelen van kracht door samentrekking. Hoe sterker het prikkelsignaal dat de spier bereikt via de zenuwen, hoe meer sarcomeren in de miljoenen spiervezels worden samengetrokken en hoe groter de krachtontwikkeling in de spier als geheel. Bij frequent en intensief gebruik van de spier kan de kracht toenemen door een vergroting van de dwarsdoorsnede van de spiervezels. De resulterende kracht wordt overgedragen via de pezen aan de bijlagen op het bot. De trekkracht daar veroorzaakt ofwel beweging in de gewrichten betrokken of resulteert in verhoogde spanning. In het eerste geval voeren de spieren dynamisch werk uit, in het tweede statisch werk. De activiteit wordt gecontroleerd door de doelprogramma's in de hersenen​ Dit resulteert in fijn afgestemde motorische patronen waarin de werkende spieren ofwel als tegenstanders ofwel als teamworkers optreden. Wanneer een impuls van de hersenen initieert een beweging in een bepaald gewricht, alle daarvoor benodigde spieren worden automatisch geactiveerd. De tegenstanders (antagonisten) worden geremd. Dit mechanisme is belangrijk voor een optimale bewegingsfunctie. Als de antagonisten zich ook zouden spannen, zou dit de beweging belemmeren. Vloeiende gecoördineerde bewegingen zijn dan niet mogelijk. Statische spierarbeid is altijd vereist wanneer het nodig is om bepaalde te stabiliseren gewrichten of lichaamsgebieden. Bekende voorbeelden hiervan zijn de stabilisatie van romp en wervelkolom tijdens dynamische activiteiten van de extremiteiten of kniestabilisatie tijdens het staan. Vooral als de knieën licht gebogen zijn, is het belangrijk dat agonisten en antagonisten samenwerken. De belangrijkste actieve sturende spieren zijn dan de knie-extensoren. Ze controleren de houding en voorkomen dat de benen inzakken. Tegelijkertijd wordt echter een beroep gedaan op de knieflexoren om de positie van de twee gewrichtspartners ten opzichte van elkaar in het optimale bereik te houden. Dit voorkomt overdreven spanning op het gewricht kraakbeen en menisci.

Ziekten en klachten

De voorwaarde van een spier hangt af van of deze wordt gebruikt of niet. Als externe of interne factoren ervoor zorgen dat het weinig of helemaal niet wordt gebruikt, treedt spierafbraak op. Het "normale" afbraakproces van het spierstelsel begint op 25-jarige leeftijd als de persoon het niet actief tegengaat. Bij minder actieve vrouwen en mannen gemiddeld 5 - 10 procent van de spieren massa gaat elk decennium van het leven verloren. Het proces versnelt nog meer wanneer de leeftijd van zestig jaar wordt overschreden. Het resultaat is een algehele prestatievermindering, die merkbaar wordt bij bijvoorbeeld traplopen of bij het beoefenen van een sportieve activiteit. Regelmatige fysieke activiteit kan het degradatieproces aanzienlijk vertragen. Het is ook logisch om op oudere leeftijd te beginnen. Spieren breken zeer snel af als ze een tijdje of permanent niet worden gebruikt. Er ontstaat een zogenaamde inactiviteitsatrofie. De spier wordt meetbaar en zichtbaar dunner en verliest sterkte en functie; prestaties nemen af. Typische oorzaken van dit proces zijn immobilisatie van een lichaamsdeel na verwonding of inactiviteit van de gehele skeletmusculatuur als gevolg van bedopsluiting als gevolg van ziekte of ouderdom. Als de oorzaken van atrofie worden geëlimineerd, kunnen de aangetaste spieren worden hersteld door middel van training. De opbouw is echter bewerkelijk en duurt veel langer dan de afbraak. Bij bedlegerige mensen zijn niet alleen de skeletspieren maar ook de ademhalingsspieren en de spieren van de interne organen afbreken. Als gevolg hiervan worden naast de motorische functie ook de functies van de aangetaste organen aangetast. Bepaalde ziekten en verwondingen kunnen ervoor zorgen dat de spier niet meer werkt en afbreekt. Een typisch gevolg van een blessure is paraplegie door een spinal cord doorsnijding. Individueel randapparaat zenuwen kan ook geblesseerd raken, met verlamming van de aangevoerde spieren tot gevolg. Genetisch bepaalde ziekten bekend als spierdystrofie beschadigen de spieren zelf of hun geleidingssysteem. Als gevolg hiervan is er sprake van spierafbraak en een toenemende prestatievermindering, soms met vroegtijdig overlijden.