Anticonceptie: anticonceptie

anticonceptiemiddel (anticonceptie) is een belangrijke kwestie voor elke vrouw na de eerste menstruatie - menarche genaamd - tot de laatste menstruatie. Terwijl in de jaren tussen de eerste menstruatie en de leeftijd van 20 - de vroege voortplantingsfase - een ongewenste zwangerschap is meestal een ramp, kinderen tussen de 25 en 35 jaar maken vaak deel uit van de levensplanning, hoewel de timing niet altijd goed is. Zwangerschappen na de leeftijd van 40 zijn zeldzaam, maar de kans op complicaties bij moeder en kind is aanzienlijk hoger. In de vroege voortplantingsfase zijn veilige anticonceptiemethoden die op elk moment kunnen worden teruggedraaid geschikt, zoals hormonale anticonceptiemiddel en condooms - in de zin van "veiliger seks" - in de leeftijd van 에이즈 en andere ziekten die kunnen worden overgedragen via geslachtsgemeenschap - bijv chlamydia en HPV. Op middelbare leeftijd, naast hormonaal anticonceptiemiddel en het gebruik van spiraaltjes (IUD), kan anticonceptie ook worden bereikt met behulp van basale lichaamstemperatuurmeting (BTM). Vanaf de leeftijd van 40 jaar is veilige anticonceptie meestal de focus van verlangen. De kans om zwanger te worden is ongeveer 30% voor vrouwen tussen 40 en 44 jaar met regelmatige, onbeschermde geslachtsgemeenschap, en nog steeds 10% in de leeftijdsgroep van 45-49 jaar. Perimenopauze (overgangsfase tussen premenopauze en postmenopauze; verschillende jaren daarvoor menopauze - ongeveer vijf jaar - en na de menopauze (1-2 jaar); ongeveer 45-52 jaar): bij het kiezen van een anticonceptiemiddel in de perimenopauze, is het belangrijk om in gedachten te houden dat in de vroege perimenopauze een groot deel van de cycli nog steeds ovulatoir is; in de midden- en late perimenopauze zijn er verhoogde anovulatoire cycli en perioden van oestrogeendominantie. Bij het kiezen van de juiste methode spelen veel factoren een rol:

Het Engelse Royal College for Obstetricians and Gynecologists beveelt het plaatsen van een spiraaltje aan, zoals een koper of hormonaal spiraaltje, bij vrouwen ouder dan 45 en het achterlaten in de baarmoeder voor zeven jaar of langer. Gebruik na de leeftijd van 50 jaar ethinyloestradiol-bevattende preparaten moeten in het algemeen worden vermeden. Aanbevelingen over verschillende anticonceptiva voor vrouwen met risico's of onderliggende ziekten (uittreksel uit [2)) In pin, methoden die onbeperkt kunnen worden gebruikt.

Risico factor KOK POP D / NE LNG / ETG CU-IUP LNG-IUP
Leeftijd
  • Menarche (eerste menstruatie) tot <18 jaar.
1 1 2 1 2 (<20 jaar) 2 (<20 jaar)
  • 18 tot <40 jaar
1 1 1 1 1 (<20 jaar) 1 (<20 jaar)
  • ≥ 40 jaar
2 1 2 (> 45 jaar) 1 1 1
Obesitas
  • BMI ≥ 30 kg / m2
2 1 1 1 1 1
Roken
  • Leeftijd <35 jaar
2 1 1 1 1 1
  • Leeftijd ≥ 35 jaar
  • <15 sigaretten / dag
3 1 1 1 1 1
  • ≥ 15 sigaretten / dag
4 1 1 1 1 1
Diepe veneuze trombose (DVT) / longembolie (LE)
  • Anamnestische DVT / LE
4 2 2 2 1 2
  • Acute DVT / LE
4 3 3 3 1 3
4 2 2 2 1 2
Grote operaties
  • Lange immobilisatie
4 2 2 2 1 2
  • Korte immobilisatie
2 1 1 1 1 1
Minimale operaties zonder immobilisatie 1 1 1 1 1 1
Hypertensie (hoge bloeddruk)
  • Systolisch 140-159 of diastolisch 90-99 mmHg
3 1 2 1 1 1
  • Systolisch ≥ 160 of diastolisch ≥ 100 mmHg
4 2 3 2 1 2
  • Met vasculaire schade (vasculaire schade).
4 2 3 2 1 2
Meerdere cardiovasculaire risicofactoren / comorbiditeiten
z. Bijv. Oudere leeftijd, roken, hypertensie, suikerziekte mellitus. 3/4 2 3 2 1 2

Legende

  • COC's: gecombineerd orale anticonceptiva = combinatie oraal, vaginaal of transdermaal (combinatie van ethinyloestradiol or estradiol[valeraat] + progestageen).
  • POP: orale progestageen monopreparatie (lager cardiovasculair risico).
  • D: depot medroxyprogesteronacetaat (DMPA).
  • NL: norethisteron antate (depot progestageen).
  • ETG: Etonogestrel implantaat (implantaat met progestageen).
  • Cu-IUP: koper spiraaltje (koperen spiraaltje).
  • LNG-IUP: levonorgestrel spiraaltje.

Aanbeveling

  • 1: Methode kan zonder beperking worden gebruikt.
  • 2: Voordelen van de methode wegen doorgaans zwaarder dan de nadelen of risico's.
  • 3: Nadelen of risico's van de methode wegen doorgaans zwaarder dan de positieve effecten
  • 4: onaanvaardbaar volksgezondheid risico bij het gebruik van deze methode.