Visvergiftiging

Visvergiftiging is een bijzondere vorm van voedselvergiftiging. Het kan optreden na consumptie van vis, mosselen of krabben. Meestal wordt het veroorzaakt door onjuiste opslag van de vis, wat leidt tot een bacteriële besmetting van het dier.

Gewoonlijk, kort na de maaltijd, enorm pijn in de buik en diarree net zoals misselijkheid en braken optreden. De behandeling van visvergiftiging is meestal symptomatisch: het vocht dat verloren gaat door diarree en de zouten moeten worden vervangen. Dit kan door voldoende vocht in te nemen via drinken of een infuus.

De meeste vormen van visvergiftiging zijn onschadelijk. Ze zijn voorbij na een paar dagen zonder behandeling of symptomatische behandeling. Als visvergiftiging wordt veroorzaakt door gifstoffen (giftige stoffen), is het niet ongebruikelijk dat de behandeling in het ziekenhuis moet worden uitgevoerd.

De prognose hangt dan meestal af van hoe vroeg met de behandeling wordt begonnen. Onderscheid moet worden gemaakt of de visvergiftiging is veroorzaakt door een aantasting met bacteriën or virussen die schadelijk zijn voor de mens of dat gifstoffen verantwoordelijk zijn voor de visvergiftiging. Meestal wordt visvergiftiging veroorzaakt door onjuiste of te lange opslag.

In dit geval is het meestal de aantasting van de vis door bacteriën dat de symptomen veroorzaakt. Virussen kan ook vissen infecteren. Bovendien kan vooral de consumptie van verkeerd bereide exotische vissen tot ernstige klachten leiden: de Japanse kogelvis heeft bijvoorbeeld een toxine in zich.

Vooral in Japan wordt het vlees van de kogelvis, rauw geserveerd in dunne plakjes, als een delicatesse beschouwd. Het bijzondere aan de vis is echter niet zijn smaak: Bij het eten, een tintelend en brandend sensatie wordt opgemerkt op de tong en mond, die steeds meer verandert in een gevoelloosheid. Dit vertegenwoordigt al een lichte vorm van gecontroleerde vergiftiging.

Het gif wordt in het hele lichaam van het dier aangetroffen, met de hoogste concentratie in de organen en huid. Daarom verwijdert de kok meestal eerst de huid en organen volledig en pas daarna het vlees dat geschikt is voor consumptie. Dit vlees bevat ook het gif, maar de concentratie wordt verminderd door een speciale bereiding.

Ook wordt gevreesd voor Ciguatera-vergiftiging, die vooral voorkomt in de Stille en Indische Oceaan. Ook hier bevat de vis gifstoffen, die ook na verhitting nog schadelijk zijn. Oorspronkelijk wordt het gif aangetroffen in flagellaten, die leven van koralen en algen. Deze dienen als voedsel voor vissen, zodat de vissen het gif opnemen. Als vissen verkeerd worden bewaard, kunnen botulinumtoxines worden gevormd, die ook visvergiftiging kunnen veroorzaken.