Hartritmestherapie

Algemene therapeutische principes

Bij de behandeling van hartritmestoornissen heeft causale therapie de eerste prioriteit. Als de hartritmestoornis wordt veroorzaakt door hartaandoeningen of stofwisselingsstoornissen (bijv hyperthyreoïdie), is de eerste stap om ze te behandelen. Vaak neemt de hartritmestoornis dan af. Als het niet mogelijk is om de onderliggende ziekte van de hartritmestoornissen te behandelen (bijvoorbeeld als a hart- een aanval heeft geleid tot blijvende schade aan de hartspier) of als de hartritmestoornissen aanhouden ondanks behandeling van de onderliggende ziekte, wordt symptomatische therapie (behandeling van de symptomen) toegepast. Bij symptomatische therapie van hartritmestoornissen wordt onderscheid gemaakt tussen algemene maatregelen zoals sedatie, oxygenatie en eventueel bedrust en directe anti-aritmische therapie, die berust op drie pijlers:

Medicamenteuze therapie met anti-aritmica

Geneesmiddelen die worden gebruikt om hartritmestoornissen te behandelen, hebben vaak zeer complexe effecten op onder andere de prikkelbaarheid van de hart- hartslag en andere elektrofysiologische eigenschappen van het hart. Voor elke patiënt moet individueel worden beslist welk medicijn het meest geschikt is voor zijn of haar voorwaarde. De volgende lijst geeft daarom een ​​overzicht van de individuele klassen van anti-aritmica volgens Vaughan WILLIAMS en geeft ook een opsomming van de belangrijkste indicaties, dwz toepassingsgebieden zonder verder in te gaan op de individuele effecten en bijwerkingen, om de lezer niet in verwarring te brengen.

a) Kinidine, Ajmalinb) Lidocainc) propafenon Toepassingsgebied: meestal gebruikt bij acute ventriculaire aritmieën. Het probleem met klasse I anti-aritmica is dat ze onder bepaalde omstandigheden kunnen leiden tot ritmestoornissen, hoewel ze ertegen worden gebruikt. Ze mogen daarom alleen worden gebruikt na een zorgvuldige risico-batenanalyse. bijv bisoprolol, metoprolol Gebruik: tachycardieën, voorwaarde na een hartinfarct Naast de directe behandeling van hartritmestoornissen, worden bètablokkers ook gebruikt om de onderliggende ziekten te behandelen die leiden tot hartritmestoornissen, zoals coronaire hartritmestoornissen. slagader ziekte (CHZ), bijv. amidaron of sotalol Gebruik: ventriculaire aritmieën en atriumfibrilleren Gebruik: atriumfibrilleren