Symptomen | Galkanaalkanker

Symptomen

Het hoofdsymptoom is pijnloos geelzucht (icterus), die wordt veroorzaakt door de vernauwing van de gal kanalen en veroorzaakt de ophoping van gal in de lever. De begeleidende symptomen van icterus zijn een gele verkleuring van de huid en witte oogkleur (sclera) en een jeukende huid als gevolg van afzetting gal zouten in de huid. Daarnaast is er een leemachtige verkleuring van de ontlasting door het ontbreken van de gal pigment in de ontlasting en een donkere verkleuring van de urine, sinds de nier is verantwoordelijk voor de uitscheiding van het galpigment.

Door de afwezigheid van galzuren in de dunne darmkunnen vetten slechter worden verteerd, wat kan leiden tot intolerantie voor vette maaltijden en tot vette ontlasting (steatorroe). Als de tumor de ductus cysticus sluit, wordt de gal in de galblaas vastgehouden. Dus, naast de pijnloze icterus, een bolling galblaas kan worden gepalpeerd onder de juiste ribbenboog.

Dit symptoomcomplex is ook bekend als het Courvoisier'sches-teken. Andere klachten kunnen zijn: niet-specifieke diffuse pijn in de buik, misselijkheid, braken, verlies van eetlust en problemen met de spijsvertering. Als late symptomen, pijn in de rechter bovenbuik kunnen worden toegevoegd en andere niet-specifieke symptomen die bij veel kankers kunnen voorkomen, zoals gewichtsverlies (tumor cachexia), bloedarmoedevermoeidheid en gebrek aan drive. Door de congestie in de galkanalen kan gemakkelijk een gevaarlijke infectie van de galkanalen (cholangitis) ontstaan, aangezien de 'staande' gal een geschikte voedingsbodem is voor bacteriën. In de loop van de ziekte kan de congestie van gal leiden tot lever falen (leverinsufficiëntie) en, in de laatste fase, volledig verlies van leverfunctie met coma en ernstig bloed stollingsstoornissen.

Tumorverspreiding (metastase)

Hier zullen we verschillende vormen van metastase beschrijven: De weefselvocht schepen afvoer de lymfevloeistof uit alle delen van ons lichaam. Wanneer de tumor groeit en verbinding maakt met een weefselvocht vat, kunnen sommige cellen gemakkelijk loskomen van de tumorcelcluster en worden meegevoerd met de lymfestroom. Er zijn er tal van weefselvocht knooppunten in de loop van een lymfevat.

Ze zijn de zetel van de immuunsysteem, die de taak heeft te onderscheppen en te vechten kiemen (bacteriën). De tumorcellen nestelen zich in de dichtstbijzijnde lymfeklieren en vermenigvuldig je daar weer. Dit leidt tot een uitzaaiing van de lymfeklier.

Dit soort kanker beïnvloedt lymfeklieren in de directe omgeving, dat wil zeggen in de vaatkwab van de lever (hepatische hilus) en later ook in die in de loop van de aorta. Dit soort kanker vertoont vaak lymfeklier metastasen bij de diagnose, zodat het altijd wordt aanbevolen om de omgeving te verwijderen lymfeklieren tijdens de operatie. Als het galweg kanker groeit en verbindt zich met een bloed bloedvat kunnen in deze situatie ook cellen afbreken en via de bloedbaan door het lichaam worden verspreid.

Het eerste station is het bloed stroom door de lever, waar de carcinoomcellen zich kunnen vestigen en dochtertumoren kunnen vormen (verre metastasen). In het verdere verloop van de ziekte kunnen cellen ook loskomen van de lever metastasen en verspreidt zich verder in de longen. Later kunnen metastasen zich ook verspreiden in de buikvlies, ook wel peritoneale carcinomatose genoemd.

De galweg kanker kan op weg naar verspreiding uitgroeien tot andere naburige organen (tumorinfiltratie). Afhankelijk van de nabijheid van het carcinoom tot de lever, is de tumor op het moment van diagnose uitgegroeid tot de lever. Daarnaast kan de tumor ook uitgroeien tot de twaalfvingerige darm, maag, pancreas, naburig schepen zoals het portaal ader en andere aangrenzende constructies.

  • Lymfogene metastase:
  • Hematogene metastase:
  • Per continuïteit: