Gal

Introductie

Gal (of galvloeistof) is een vloeistof die wordt geproduceerd door de lever cellen en is belangrijk voor de vertering en uitscheiding van afvalstoffen. In tegenstelling tot de wijdverbreide misvatting dat gal in de galblaas wordt geproduceerd, wordt deze vloeistof in de galblaas geproduceerd. lever. Hier bevinden zich speciale cellen, de zogenaamde hepatocyten, die verantwoordelijk zijn voor de aanmaak van gal.

Tussen elke twee lever cellen zijn er kleine kanaaltjes waarin de vloeistof wordt vrijgegeven. Daarnaast kunnen andere stoffen, waaronder

  • Galzouten
  • cholesterol
  • Bilirubine en
  • hormonen worden erin uitgescheiden.

Deze buisjes komen samen om steeds grotere kanalen (= galkanalen) te vormen en uiteindelijk leidt slechts één kanaal, de Ductus hepaticus communis, de gal uit de lever. Op dit moment is de gal meestal vrij dun en gelig, het wordt "levergal" genoemd.

Vanuit dit gemeenschappelijke leverkanaal vertakt een cystisch kanaal (Ductus cysticus) zich naar de galblaas, waardoor de gal bij terugstroming in de galblaas stroomt. Als er geen opstuwing is, gaat de vloeistof door de volgende sectie, het choledochale kanaal, naar de twaalfvingerige darmWanneer de galweg opent eindelijk in de grote papil (papilla duodeni major) samen met de ductus pancreaticus. De galblaas dient dus praktisch als reservoir voor de gal. Daar wordt water uit de vloeistof verwijderd, waardoor het dikker wordt tot bijna een tiende van zijn oorspronkelijke volume, waardoor het viskeuzer wordt en de kleur nu naar groenachtig neigt ("blaas gal").

Productie

Elke dag produceren mensen ongeveer 700 ml gal, die aanvankelijk in de galblaas wordt opgeslagen, met uitzondering van een klein percentage dat rechtstreeks naar de darm wordt geleid. Wanneer voedsel wordt geconsumeerd en vetten de dunne darm, dit stimuleert de afgifte van verschillende hormonen, waaronder het hormoon cholecystokinine CCK. Dit hormoon stimuleert de gladde spieren die in de wand van de galblaas zijn ingebed en leidt zo tot samentrekking van de galblaas.

Hierdoor wordt de inhoud van de galblaas (dat wil zeggen de gal) naar buiten getransporteerd en de twaalfvingerige darm. Een activiteit van het parasympathische deel van het autonome zenuwstelsel, die hier via de nervus vagus, heeft hetzelfde effect op de galblaas. De gal bestaat voornamelijk uit water (ongeveer 85%).

Andere componenten van de gal zijn, in bepaalde verhoudingen, de

  • Galzuren
  • Elektrolyten
  • Glycoproteïnen (muzine)
  • Lipids
  • Cholesterol en
  • Uitscheidingsproducten van het lichaam, zoals medicijnen of hormonen

De kleurstof bilirubine wordt ook uitgescheiden via de gal, die verantwoordelijk is voor de groenachtige tot bruine kleur. De gal vervult twee belangrijke functies in het lichaam. Enerzijds dient het de vertering van vetten.

De galzuren vormen zogenaamde micellen in de twaalfvingerige darm met de niet in water oplosbare componenten van voedsel (dwz vetten, sommige vitaminen en cholesterol). Hierdoor kunnen deze stoffen vanuit de darm in de darm worden opgenomen bloed. De galzuren worden verwijderd uit het lumen in het achterste gedeelte van de dunne darm en keer terug naar de lever via de bloed, waar ze weer beschikbaar zijn voor vetvertering.

Dit bespaart het lichaam van de kostbare nieuwe synthese van de galzuren. Dit proces wordt enterohepatische circulatie genoemd. De tweede functie van gal is het uitscheiden van metabolische afvalproducten of afbraakproducten van het lichaam die eerder in de lever in water oplosbaar zijn gemaakt.

Als de samenstelling van de gal niet juist is, kunnen er problemen optreden. Als er bijvoorbeeld teveel is cholesterol of te veel bilirubine in de gal in relatie tot het watergehalte, galstenen (dienovereenkomstig ook cholesterol stenen, de meest voorkomende vorm, of bilirubinestenen) kunnen vormen. Symptomatisch galstenen merkbaar worden door druk pijn in de (rechter) bovenbuik, krampachtige pijn (koliek) en mogelijk geelzucht (icterus).

Geelzucht wordt veroorzaakt door het feit dat het afbraakproduct van het rood bloed pigment hemoglobine, bilirubine, kan niet meer worden uitgescheiden en hoopt zich daarom op in het bloed. Als gevolg hiervan verliest de ontlasting zijn kleur en wordt hij grijsachtig wit galstenenkan blokkering van de galwegen (ook bekend als cholestase) vele andere oorzaken hebben. Deze omvatten tumoren van de galweg or blaas, pancreas en twaalfvingerige darm. Naast de bovengenoemde icterus veroorzaken deze ziekten ook een verstoorde vetvertering, waardoor vetrijke voeding minder goed wordt verdragen en er af en toe vetten in de ontlasting kunnen worden aangetroffen (steatorroe).