Koper: wat uw laboratoriumwaarde onthult

Wat is koper?

Koper is een sporenelement dat belangrijk is voor de celstofwisseling. Het helpt het lichaam ook om ijzer uit het maag-darmkanaal te absorberen.

Koper wordt via de voeding uit de dunne darm opgenomen. Relevante hoeveelheden koper zitten bijvoorbeeld in noten, vlees, bonen en graanproducten. Mensen nemen dagelijks ongeveer vier milligram van het sporenelement op via hun voeding. Het kopergehalte in het lichaam ligt tussen de 50 en 150 milligram.

In het bloed bindt koper zich aan het transporteiwit albumine, dat het naar de lever transporteert. Daar kan het sporenelement aan coeruloplasmine worden gebonden en getransporteerd naar de plaats waar het nodig is. Overtollig koper wordt voornamelijk via de gal en dus via de darm uitgescheiden, en in kleinere hoeveelheden via de nieren met de urine en gedeeltelijk via de moedermelk.

Wanneer wordt het kopergehalte bepaald?

Koper – normale waarden

In het bloedserum kan het kopergehalte worden gemeten. Het wordt uitgedrukt in microgram per deciliter (µg/24u) of micromol per liter (µmol/l). De volgende standaardwaarden zijn van toepassing:

Geslacht of leeftijd

Standaard waarde

Te vroeg geboren baby's

17 – 44 µg/dl

2.7 – 7.7 µmol/l

0 naar 4 maand

9 – 46 µg/dl

1.4 – 7.2 µmol/l

4 naar 6 maand

25 – 110 µg/dl

3.9 – 17.3 µmol/l

7 naar 12 maand

50 – 130 µg/dl

7.9 – 20.5 µmol/l

1 tot 5 jaar

80 – 150 µg/dl

12.6 – 23.6 µmol/l

6 tot 9 jaar

84 – 136 µg/dl

13.2 – 21.4 µmol/l

10 tot 13 jaar

80 – 121 µg/dl

12.6 – 19.0 µmol/l

14 tot 19 jaar

64 – 117 µg/dl

10.1 – 18.4 µmol/l

Dames

74 – 122 µg/dl

11.6 – 19.2 µmol/l

heren

79 – 131 µg/dl

12.4 – 20.6 µmol/l

Soms wordt ook het kopergehalte in de urine bepaald. Er wordt geen eenvoudig urinemonster genomen, maar de urine wordt gedurende 24 uur verzameld. Vervolgens wordt in het laboratorium de koperconcentratie in deze 24-uurs urinecollectie gemeten. Normaal gesproken is dit 10 – 60 µg/24u of 0.16 – 0.94 µmol/24u.

Kopertekort in het bloed komt voor in de volgende gevallen:

  • Ziekte van Wilson (koperstapelingsziekte)
  • Menkes-syndroom (aangeboren aandoening van de koperabsorptie in de darm)
  • Nefrotisch syndroom (combinatie van verschillende symptomen veroorzaakt door nierschade)
  • Ondervoeding, bijvoorbeeld bij kunstmatige voeding (vooral bij pasgeborenen en zuigelingen)

Diarree en maagkrampen gaan vaak gepaard met een kopertekort. Symptomen van bloedarmoede door ijzertekort komen vaak bovendien voor omdat het kopertekort de ijzerabsorptie in de darm schaadt.

Wanneer is het kopergehalte verhoogd?

In de volgende gevallen wordt te veel koper in het bloed aangetroffen:

  • acute ontsteking
  • leverziekten
  • Acute bloedkanker (acute leukemie)
  • bepaalde vormen van bloedarmoede (aplastische anemie)
  • thyrotoxicose (acute, levensbedreigende metabolische ontsporing, vooral bij mensen met hyperthyreoïdie)

Als de concentratie koper in het lichaam sterk toeneemt, wordt dit ook wel ‘kopervergiftiging’ genoemd.

Te veel koper in de urine duidt op de koperstapelingsziekte van Wilson.

Wat te doen als het koperniveau wordt verhoogd of verlaagd?

Als het kopergehalte in het bloed of de urine te hoog of te laag is, zal de arts proberen de oorzaak te achterhalen. Hiervoor kunnen verdere laboratoriumtests en onderzoeken nodig zijn, bijvoorbeeld de bepaling van coeruloplasmine. Als de oorzaak wordt gevonden, wordt indien mogelijk een passende behandeling gestart. Het koperniveau kan dan ook weer normaal worden.