Totaal prothesen | Tandprothese

Totaal prothesen

Bij volledig tandverlies, dwz in gevallen waarin er geen natuurlijke tanden meer in de kaak zitten, is een volledige prothese noodzakelijk. In tegenstelling tot gedeeltelijk kunstgebit, wordt een totale prothese niet gehouden in de mondholte door gespen maar door onderdruk en adhesieve krachten. Om dit te garanderen moet bij het maken van de prothese een zogenaamde functionele indruk worden gemaakt.

Dit betekent dat de kaak en delen van de mondholte worden getoond in verschillende bewegingsstaten. In de meeste gevallen is de juiste fabricage van een volledig kunstgebit van de bovenkaak is veel gemakkelijker dan de fabricage van een volledig kunstgebit van de onderkaak. Dit feit klinkt in eerste instantie misschien een beetje onvoorstelbaar, omdat je dat zou kunnen aannemen kunstgebit van de bovenkaak bieden minder ondersteuning door de zwaartekracht.

Omdat er echter minder contactoppervlakken zijn met de kaak in de onderkaak en de mobiliteit van de tong heeft een negatief effect op de adhesiekrachten, dit fenomeen is gemakkelijk te begrijpen. De uitneembare volledige prothese wordt als een standaardrestauratie beschouwd wanneer een patiënt geen tanden meer heeft. Per kaak wordt één prothese gemaakt.

Deze standaard restauratie wordt ook wel een reguliere restauratie genoemd. Gezondheid verzekeringsmaatschappijen betalen doorgaans de helft van de kosten van een dergelijke prothese. Als er minimaal vijf jaar één keer per jaar een reguliere controle bij een tandarts heeft plaatsgevonden en deze controles altijd zijn vastgelegd in een bonusboekje, dan volksgezondheid verzekeringsmaatschappijen zullen het aandeel van de gedekte kosten verhogen.

De tandarts stelt een behandel- en kostenplan op waarin hij precies opschrijft hoeveel geld hij voor de tandprothese. Dit plan wordt ingediend bij het volksgezondheid verzekeringsmaatschappij, die vervolgens beslist of de geplande prothese op deze manier kan worden gemaakt en hoeveel ze betalen. Zo'n behandelings- en kostenplan bestaat uit het honorarium voor de tandarts, het honorarium voor de tandtechnicus die de prothese moet maken en de kosten van het materiaal dat de tandtechnicus en de tandarts tijdens de behandeling gebruiken. regels hiervoor kunnen twee tandartsen verschillende bedragen vragen voor de kunstgebit.

Het kan dus de moeite waard zijn om naar twee of drie praktijken te gaan en de kosten te vergelijken. Voor twee prothesen (dwz boven- en onderkaak) moet een patiënt een eigen bijdrage van minimaal 600 euro verwachten. Als het inkomen van de patiënt te laag is, bestaat de mogelijkheid dat de tandarts een hardheidsclaim indient. Als dit is goedgekeurd door de zorgverzekeraar, hoeft de verzekerde niets te betalen voor zijn volledige prothese, omdat alle kosten worden vergoed door de zorgverzekeraar.