Wat is de palatinale plaat in een gebitsprothese? | Tandprothese

Wat is de palatinale plaat in een gebitsprothese?

De palatinale plaat is gemaakt van plastic en bedekt het hele gehemelte van de bovenkaak tussen de rijen tanden. Enerzijds is het er om ondersteuning te geven aan de prothese, aangezien het zuigende effect van speeksel on het gehemelte kaak zorgt voor een onderdruk die voorkomt dat de prothese naar beneden valt. Aan de andere kant verdeelt de palatinale plaat de drukbelasting over een relatief groot gebied zodat het bot niet terugwijkt, omdat alleen beladen bot overblijft, onbelast bot trekt zich terug.

Kan het ook zonder gehemelte plaat?

Zonder een palatale plaat, een bovenkaak prothese is alleen mogelijk als er nog minimaal 6 vasthoudelementen zijn die deze ondersteunen (tanden, implantaten, mini-implantaten). Als er minder tanden zijn, moet de palatinale plaat de kauwdruk verdelen zodat er voldoende ondersteuning is. Zonder de palatinale plaat zou de prothese naar beneden vallen met een kleiner aantal vasthoudelementen en geen ondersteuning bieden.

Hoeveel kost een kunstgebit in de boven- en / of onderkaak?

Een prothese voor een tandeloze kaak kost ongeveer 400 euro per kaak, voor beide kaken 800 euro. Het aandeel gedekt door de volksgezondheid verzekering is al in de berekening meegerekend. Als de prothese is verankerd aan tanden of implantaten, moet deze verankering extra worden betaald voor een betere grip.

Een verankering aan nog bestaande tanden met telescopen is relatief kostbaar, aangezien elke tand moet worden voorzien van een metalen telescoop en de geschikte tegenhangers, eveneens van metaal, in de prothese moeten worden opgenomen. Deze behandeling kan enkele duizenden euro's kosten, maar belooft een goede grip en draagcomfort. Als er implantaten in de bovenkaak in plaats van tanden moeten de implantaten vooraf privé worden betaald, maar u moet rekening houden met ongeveer 1000 - 1500 euro per implantaat.

De bovenbouw die over de implantaten wordt geplaatst moet weer met enkele duizenden euro's worden berekend, zodat een implantaatondersteunde versie vaak de waarde heeft van een kleine auto. Mini-implantaten zijn iets goedkoper dan normale implantaten. Locators zijn in de prothese geïntegreerd, zodat de mini-implantaten volgens het key-lock principe in de prothese klikken.

Deze behandeling kan, afhankelijk van de tandarts, tussen de 3000 en 7000 euro kosten. In het geval van implantaten is het verschil in kosten erg groot, aangezien elke tandarts de kosten privé kan bepalen, aangezien elke vorm van implantaat een puur privédienst is waarvoor volksgezondheid verzekeringsmaatschappijen subsidiëren niets. Alleen de prothese die door de implantaten wordt gedragen, wordt gesubsidieerd, de implantaten zelf niet.

Patiënten verzekerd bij de AOK volksgezondheid verzekeringen krijgen altijd een deel van de kosten van hun kunstgebit vergoed door hun verzekeringsmaatschappij. Verloren kunstgebit kost de verzekerde altijd geld als hij deze wil vervangen. De tandarts stuurt het behandel- en kostenplan naar de betreffende zorgverzekeraar.

De verzekeraar behandelt de aanvraag, bepaalt welk percentage van de kosten zij dekt en stuurt de ingevulde aanvraag terug naar de patiënt. In deze brief wordt de patiënt precies verteld hoeveel geld hij of zij moet betalen. Voor verzekerden van de AOK loont het om een ​​zogenaamd bonusboekje bij te houden.

In dit boekje legt de tandarts elk controlebezoek vast. Als deze controles regelmatig plaatsvinden, betaalt de AOK een hogere vaste vergoeding bij noodzakelijke gebitsprothesen. Na vijf jaar regelmatige controle krijgt de verzekerde 20 procent meer vaste uitkering, na tien jaar loopt dit zelfs op tot 30 procent.

Deze vaste vergoeding bedraagt ​​altijd 50 procent van de standaardzorg van de AOK. Dit betekent dat als een patiënt geen tanden meer in zijn of haar heeft mond, de standaardbehandeling is een tandprothese. De AOK betaalt hiervoor altijd de helft van de kosten tandprothese, tenzij er regelmatig een bonusboekje is bijgehouden.

In dit geval is het deel van de kosten voor de tandprothese betaald door de AOK stijgt. De zorgverzekeraar betaalt dit bedrag altijd, ook als de patiënt bijvoorbeeld de voorkeur geeft aan implantaten. Implantaten kosten veel meer geld, het verschil tussen de standaard gebitsprothese en de implantaten moet de patiënt voor zichzelf betalen.

De AOK biedt de mogelijkheid om een ​​aanvullende verzekering af te sluiten voor gebitsprothesen. In het eerste jaar waarin deze aanvullende verzekering wordt betaald, krijgt de verzekerde 250 euro bovenop het geld dat de AOK zou moeten betalen voor de reguliere zorg, in het tweede jaar van deze aanvullende verzekering krijgt de verzekerde al 500 euro extra . Vanaf het derde jaar betaalt de AOK twee keer zoveel als de vaste vergoeding zou zijn geweest.

De patiënt krijgt dus dubbel zoveel geld van hem kunstgebit vergoed. De maandpremie voor deze aanvullende verzekering is afhankelijk van de leeftijd. Voor mensen ouder dan 60 jaar is 15, 60 euro per maand verschuldigd.

Als het inkomen van een verzekerde onder een bepaalde grens ligt, kan de tandarts een hardheidsaanvraag indienen. In deze gevallen zijn de kosten van de gebitsprothese volledig gedekt en hoeft de verzekerde niets zelf te betalen. Hartz4-ontvangers bevinden zich bijvoorbeeld onder deze limiet.

Ze krijgen de standaardzorg, een uitneembare gebitsprothese, volledig betaald. De Techniker-Krankenkasse (TK) heeft een vergelijkbare kostenregeling voor een gebitsprothese als de AOK. Hij betaalt in de regel altijd 50 procent van de standaardzorg, dus voor een patiënt zonder gebit een uitneembare prothese.

Ook voor de Techniker Krankenkasse geldt dat het loont om regelmatig bij de tandarts te worden gecontroleerd. Na vijf jaar stijgt het aandeel van de kosten dat door de zorgverzekering wordt gedekt met 20 procent, na tien jaar regelmatige controle is het aandeel dat door de zorgverzekering wordt gedekt 50 procent van de standaardzorg en 30 procent meer. De TK verhoogt de uitkering voor tandprothesen als de verzekerde een zeer laag inkomen heeft.

Als de verzekerde van de TK onder de grens zit, wordt de vaste uitkering verdubbeld. Het maandelijks bruto inkomen voor deze dubbele uitkering mag niet hoger zijn dan 1 euro voor alleenstaanden, 134. 1 euro voor een familielid en 559.25 euro extra voor elk bijkomend familielid. Het is ook mogelijk om een ​​aanvullende verzekering af te sluiten bij de TK.