Therapie-oefeningen | Fysiotherapie oefent enkelgewricht uit

Therapie-oefeningen

Deze oefeningen bevorderen zowel een toename in kracht als een verbeterde mobiliteit. Hoe verder de riem wordt uitgerekt, hoe sterker de weerstand. Er zijn verschillende sterktes, die de fysiotherapeut individueel selecteert.

Voetheffer parese-oefeningen Voetheffer parese-oefeningen

  1. Om de spieren van de voetheffers te versterken: De patiënt zit in een lange stoel voor een muur bars. De Theraband is als een lus aan een lage sport bevestigd zodat de voorvoet kan in de lus worden gehaakt. De hakken zijn aan de vloer bevestigd.

    Houd uw rug recht terwijl u uw voeten naar uw lichaam trekt. De knieën mogen niet doorgestoken worden. De toppen van de voeten wijzen naar het plafond.

    10-15 herhalingen met drie sets. Of u kunt een zwaarder voorwerp (halter) aan een lus bevestigen. De lus wordt om de voet gehangen en de voet dient dan met het gewicht naar boven te worden getrokken.

  2. Pronatorversterking: de patiënt zit op de grond in een lange zitting.

    Een lus is vastgemaakt en geknoopt vanaf de Theraband. De lus wordt dan om beide voeten geplaatst. De Theraband moet worden vastgemaakt aan de werkende middenvoetsbeentje, in het midden van de voet. Trek vervolgens de buitenrand van de voet tegen de Theraband, naar buiten en laat langzaam weer los. 10-15 herhalingen met drie sets.

  3. Supinator versterken: zie oefening hierboven alleen degene die naar binnen wordt getrokken. De Theraband moet rond de tafel worden bevestigd been en alleen rond de te trainen voet.

Therapie tol / balansbord

Oefeningen op de therapietol kunnen in verschillende uitgangsposities en moeilijkheidsgraden worden gedaan. Van eenvoudig tot moeilijk: meer oefeningen zijn te vinden in het artikel Oefeningen Enkel breuk.

  1. Houd uw evenwicht en sta met beide benen op de therapietol
  2. Gemakkelijke op- en neergaande beweging van het lichaam met behulp van knieflexie
  3. Ga met één been staan, eerst op het gezonde been en daarna op het aangedane been
  4. Sta met gesloten ogen (eerst met beide benen)
  5. De fysiotherapeut gooit een bal naar de patiënt in verschillende hoogtes en richtingen waarin de patiënt moet lopen, die de patiënt vervolgens moet vangen.
  6. Ga in de knielende positie staan ​​met de getroffene been op een therapietol. Vervolgens wordt de patiënt gevraagd zichzelf omhoog te duwen in de staande positie zodat hij rechtop komt te staan.