Speekselsteen

Introductie

In de kanalen van de speekselklieren (Glandula parotidea, Glandula submandibularis, Glandula sublingualis) kunnen harde concrementen ontstaan, die speekselstenen (sialoliet) worden genoemd. Deze speekselsteen kan de kanalen van de speekselklieren, leiden tot een achterstand van speeksel en dus een pijnlijk gevoel van druk veroorzaken in het gebied van de speekselklieren. Een speekselsteen komt meestal maar aan één kant voor.

Speekselklieren

De mondholte is bekleed met vocht slijmvlies. De constante vochtigheid wordt verzekerd door de speeksel geproduceerd door speekselklieren. Er zijn in wezen 3 gepaarde speekselklieren in de mond.

Dit zijn de parotis (Glandula parotis), de sublinguale klier (Glandula sublingualis) en de mandibulaire parotisklier (Glandula submandibularis). Kleine oorspeekselklieren (Glandulae lingualis) spelen geen rol bij steenvorming. De speeksel geproduceerd door de individuele klieren is van verschillende consistentie.

Dit varieert van stroperig tot dun. Het speeksel dient niet alleen om de steen te bevochtigen, het heeft ook andere functies. Het bevat calcium en fluoride om het te remineraliseren en harden glazuur en een spijsverteringsenzym dat de splitsing initieert koolhydraten. Ten slotte maakt het voedsel ook glad zodat het gemakkelijker kan worden doorgeslikt.

Speekselsteen

Een speekselsteen komt meestal maar aan één kant voor. De kans dat er een speekselsteen is gevormd is voor de 3 klieren anders. Het voorkomen van speekselstenen is vrij zeldzaam, er zijn ongeveer 40 gevallen per 1.

000 inwoners. Mannen worden vaker getroffen dan vrouwen.

Speekselstenen komen vooral voor op middelbare leeftijd. Uiterst zelden kunnen er echter ook speekselstenen in worden gevormd jeugd. De grootte van de speekselstenen varieert tussen de 1 en 5 millimeter. Ze groeien relatief langzaam, ongeveer 1 millimeter per jaar. Door de samenstelling van het speeksel bestaan ​​de stenen uit zowel organische als anorganische componenten.

Symptomen

  • Pijnlijk gevoel van druk: zodra de speekselklier speeksel aanmaakt, ontstaat er een pijnlijk drukgevoel in het gebied van de speekselklieren. De pijn is ofwel voor het oor, onder de tong of onder de achterrand van de onderkaak. Dit gebeurt wanneer het voedsel in contact komt met receptoren op het slijmvlies van de mond, door beweging van de kauwspieren, of al bij het ruiken of denken aan een lekkere maaltijd.

    Het geproduceerde verhoogde speeksel kan niet wegvloeien via het verstopte speekselklierkanaal. Er wordt druk opgebouwd in de klier. De klier zwelt op en verhardt.

  • Pijn in het temporomandibulair gewricht
  • Hoofdpijn
  • Vaak pijn slechts op de helft van het gezicht
  • Obstructie van de mondopening
  • Ontsteking: tekenen hiervan zijn gezwollen, roodgekleurde uitscheidingskanalen in de mond.

    De huid op de wangen kan ook rood worden. Kenmerkend voor een ontsteking is dat de huid warm wordt.

  • Vorming van een abces: Als deze ontsteking niet wordt behandeld, kan een abces ontstaan. Dit kapselt in pus en andere afscheidingen van de klier, zwelt op en veroorzaakt verder ongemak omdat het op de speekselklier en de omliggende structuren drukt.