Therapie | Cervicale wervelkolomsyndroom en visuele stoornissen

Therapie

Bij een cervicaal wervelsyndroom met visuele stoornissen worden de oorzaken bestreden. Omdat in de meeste gevallen spierspanning van de nek spieren aanwezig, warmtetoepassing van het getroffen gebied door middel van roodlichtbestraling of korrelkussens biedt vaak verlichting voor de patiënt. in het geval van nieuw ontwikkelde of acuut verslechtering nek klachten kan een ontstekingsremmende pijnstiller ook over een periode van enkele dagen worden ingenomen om natuurlijke bewegingen weer mogelijk te maken en spanning te verlichten. In de loop van een dergelijke behandeling verdwijnen de visuele stoornissen meestal als ze worden veroorzaakt door het cervicale wervelkolomsyndroom.

De meest geschikte oefeningen voor een cervicaal wervelsyndroom zijn gerichte oefeningen om de cervicale wervelkolom te strekken en te versterken, die ook preventief kunnen worden uitgevoerd. Men kan bijvoorbeeld rechtop zitten, draai de hoofd voorzichtig opzij en een paar keer langzaam knikken. Herhaal vervolgens de bewegingen terwijl u aan de hoofd in de andere richting.

Een andere oefening voor het behandelen van klachten veroorzaakt door een cervicaal wervelkolomsyndroom, kan als volgt worden uitgevoerd: Kantel de hoofd opzij en reik met de hand van dezelfde kant van het lichaam over het hoofd naar de tegenoverliggende slaap. Nu probeer je het hoofd voorzichtig iets verder te kantelen totdat je een lichte trek voelt (nr pijn!) en houd de positie ongeveer 30 seconden vast.

Deze oefeningen worden meerdere keren per dag uitgevoerd en kunnen de symptomen vaak verlichten. Voor een langdurige therapie is het echter belangrijk om mogelijke triggers van het cervicale wervelkolomsyndroom en de bijbehorende visuele stoornissen te identificeren en te verminderen. Naast regelmatige lichaamsbeweging moet stress indien mogelijk worden verminderd en moet overmatig zitten worden vermeden.

Diagnose

Om de diagnose cervicaal wervelkolomsyndroom met visusstoornissen te stellen, zal de arts de patiënt in een gesprek eerst een aantal specifieke vragen stellen. Hij wil precies weten welke symptomen aanwezig zijn, hoe lang ze bestaan ​​en of er een trigger is. Daarnaast zal de arts meestal vragen of de patiënt andere ziektes heeft en of hij medicijnen gebruikt.

De arts zal de patiënt dan fysiek onderzoeken, afhankelijk van de geuite symptomen. Hij zal waarschijnlijk het nek gebied en de mobiliteit van het hoofd. Bovendien zal hij naar de ogen kijken vanwege de visuele stoornissen en, indien nodig, er een licht in laten schijnen.

Afhankelijk van de bevindingen van het onderzoek en de resultaten van het interview zijn verschillende varianten mogelijk. Ofwel het cervicale wervelkolomsyndroom met visuele stromingen kan al worden gediagnosticeerd, of er moeten verdere onderzoeken worden gestart om mogelijke andere diagnoses te onderzoeken. Eventueel een verwijzing naar een oogarts kan ook worden aangegeven. Het is ook mogelijk dat de visuele stoornissen helemaal geen verband houden met het cervicale wervelkolomsyndroom, maar dat er een andere ziekte aanwezig is.