Kosten van botdensitometrie | Meting van botdichtheid

Kosten van botdensitometrie

Sinds het jaar 2000 wordt botdensitometrie alleen nog wettelijk vergoed volksgezondheid verzekeringsmaatschappijen als ten minste één bot breuk toe te schrijven aan osteoporose al aanwezig is of als er een sterk vermoeden van osteoporose bestaat. Vroege detectie van osteoporose het gebruik van botdensitometrie valt daarentegen niet onder volksgezondheid verzekering. De kosten van een botdensitometrie variëren afhankelijk van het gebruikte meetsysteem en de complexiteit van het onderzoek.

Gewoonlijk bedragen de kosten voor de meting tussen 40 en 80 € voor mensen met een wettelijke volksgezondheid verzekeringen die de dienst zelf moeten betalen. Op het gebied van particuliere verzekeringen worden de kosten gewoonlijk tussen 80 en 100 € geraamd. Botdensitometrie is een verscheidenheid aan methoden om de dichtheid of te bepalen calcium zoutgehalte van het bot.

Bijvoorbeeld computertomografie of duaal röntgenstraal absorptiometrie worden gebruikt. Botdichtheid metingen worden het meest gebruikt bij de diagnose van osteoporose. In het geval van computertomografie en DXA gaan deze procedures ook gepaard met een bepaalde stralingsblootstelling voor de patiënt.

De vraag bij de financiering van botdensitometrie is daarom of de diagnose zinvol en noodzakelijk is. Voor 2013 werden de kosten van een botdensitometrie alleen vergoed door de wettelijke zorgverzekeraars als de patiënt al een aandoening had gehad. breuk. Bovendien is de breuk moeten zijn geleden zonder een speciale gebeurtenis, zoals een hoog niveau van geweld of een gewelddadige val. Bovendien dekten zorgverzekeraars vóór 2013 de kosten van patiënten met een hoge mate van verdenking op osteoporose.

Maar zelfs in dit geval moesten patiënten de botdensitometrie zelf betalen als een individuele gezondheidsdienst (IGeL). Sinds 11.

In 2013 is de financiering van botdensitometrie echter enigszins veranderd. Het Gemengd Federaal Comité (G-BA) heeft de voorwaarden voor kostendekking opnieuw versoepeld. Botdensitometrie met DXA valt nu ook onder de wettelijke ziektekostenverzekering voor patiënten met osteoporose of een verhoogd vermoeden van osteoporose zonder dat er een fractuur is opgetreden.

Een belangrijke voorwaarde voor kostenabsorptie is echter dat het de bedoeling is om op basis van specifieke bevindingen een specifieke medicamenteuze therapie te bieden. Patiënten hebben effectief baat bij een dergelijke botdensitometrie omdat de therapie daarop kan worden aangepast en patiënten die geen medicamenteuze behandeling nodig hebben, worden er ook tegen beschermd. De meting kan na 5 jaar worden herhaald, of eerder als klinische of anamnestische bevindingen erop wijzen dat er behoefte aan is. De ontspanning van de kostendekking is vooral belangrijk voor patiënten die het risico lopen osteoporose te ontwikkelen als gevolg van bepaalde factoren, zoals eerdere ziekten of langdurige therapie met cortisone. Deze patiënten komen nu ook voor vergoeding in aanmerking.