Cognitie: functie, taken, rol en ziekten

Simpel gezegd, cognitie is het menselijk denkvermogen. Dit proces maakt echter gebruik van verschillende informatieverwerkingsprocessen, waaronder cognitieve vaardigheden zoals aandacht, leren vermogen, perceptie, herinneren, oriëntatie, creativiteit, verbeelding en dergelijke, naast mentale processen zoals meningen, gedachten, intenties of verlangens. Emoties hebben een belangrijke invloed op het denken. Perceptie en opvatting bepalen de denkrichting en dus ook make-up het karakter van een persoon.

Wat is cognitie?

Simpel gezegd, cognitie is het menselijk denkvermogen. Dit proces maakt echter gebruik van verschillende processen van informatieverwerking. Cognitie omvat alle processen van informatieopslag en -assimilatie, evenals de toepassing van de geleerde of begrepen inhoud. Kennis en denken make-up een deel van de cognitie, psychologisch wordt de term weer heel verschillend gebruikt. Mensen hebben al eeuwen met dergelijke cognitieve processen te maken, als wetenschappelijke discipline vond de term vervolgens zijn weg naar de experimentele psychologie en werd voor het eerst in meer detail onderzocht in de 19e eeuw. Hier vormde vooral het waarnemingsvermogen van de mens een belangrijk onderdeel van de discussie, vooral de visuele waarneming. Naast de psychologie, biologie, filosofie, neurowetenschappen en onderzoek naar kunstmatige intelligentie werd ook bewust van cognitieve processen. Al deze velden make-up de cognitieve wetenschappen.

Functie en taak

Cognitie verwijst in deze zin naar alle neurale informatieverwerking binnen de hersenen, op alle processen die verband houden met perceptie, denken en geheugen​ Mentale gebeurtenissen worden verdiept door cognitie, waaronder kennis, overtuigingen, houding ten opzichte van het zijn en de wereld, of verwachtingen. Cognitie kan bewust of onbewust plaatsvinden. Als iemand bijvoorbeeld een wiskundige formule wil oplossen, gebruikt hij bewuste processen, maar om zijn eigen mening te vormen gebruikt hij vaak onbewuste processen. Cognitieve processen zijn in verband gebracht met een stimulus-responspatroon sinds behaviorisme. Vooral het gedrag in denkprocessen werd op deze manier verkend en nauwkeuriger gedefinieerd door verwerkingsstappen. Alle innerlijke waarnemingen horen erbij, hoe de mens zijn wereld in zijn subjectieve blik waarneemt, erop reageert, wat hij begrijpt, weet en ziet, verwerkt of opnieuw construeert. Informatieverwerkingsprocessen maken net zo goed deel uit van cognitie als hoe mensen denken over zichzelf, hun omgeving, wat ze hebben meegemaakt en wat ze van hun toekomst verwachten. Om precies te zijn, dit betekent dat niet alleen emoties de cognitie beïnvloeden, maar omgekeerd, cognitie beïnvloedt ook de emotionele wereld. De kracht van cognitieve vaardigheden is hier beperkt. Perceptie via de zintuigen gebruikt informatie om te filteren en te veranderen wat wordt vastgegrepen totdat het het bewustzijn van de persoon zelf doordringt. Vooringenomen meningen worden gevormd en laten dus niet toe dat omstandigheden eenvoudigweg worden geabsorbeerd en opgeslagen als neutraal. Ze worden altijd gecontroleerd en veranderd door de eigen kennis, denken en voelen. Perceptie wordt daarom permanent getransformeerd, verwerkt, opgeslagen, verminderd, geactiveerd of gereactiveerd. Soms kan dit leiden om veranderingen van perceptie te voltooien, bijvoorbeeld in een interpretatie van niet-bestaande condities, zoals het geval is bij het optreden van hallucinaties​ Er zijn ook cognitieve stoornissen in het denken en leren​ Het denken is gebaseerd op werken of op korte termijn geheugen​ Deze heeft een vrij kleine capaciteit en is vooral bedoeld voor de tijdelijke opslag van content, die dan in korte tijd toegankelijk is. Op deze manier is het mogelijk om de omgeving of bijvoorbeeld een gelezen zin te vatten en te begrijpen. Voor lange termijn geheugen, blijkt het cognitieve vermogen zelfs manipulatief te zijn. Opgeslagen inhoud wordt vooraf en achteraf gewijzigd. Verwachtingen beïnvloeden bijvoorbeeld de perceptie van wat wordt onthouden. Het is vergelijkbaar met nieuw toegevoegde informatie. Concentratie, aandacht en motivatie zijn fundamenteel afhankelijk van cognitief vermogen en worden beïnvloed door afleiding, 피로lusteloosheid en soortgelijke omstandigheden. In deze context zijn het niet alleen fysieke eigenschappen van sensorische prikkels die de percepties en percepties van mensen bepalen, maar ook interne processen in de hersenen​ Verwachtingen zijn gebaseerd op specifieke en aangeleerde ervaringen. Processen van cognitie en informatieverwerking worden altijd beïnvloed.

Ziekten en klachten

Cognitiestoornissen komen voor in de vorm van verschillende kenmerken. Allereerst als geheugen- en remanentie-stoornissen, die meestal het gevolg zijn van psychische aandoeningen, waaronder Depressie or schizofrenie​ Het is vergelijkbaar met organische ziekten op het gebied van de zenuwstelsel. Multiple sclerose, Alzheimer ziekte of dementieBijvoorbeeld leiden tot aanzienlijke cognitieve stoornissen. Onderzoeksresultaten toonden ook aan dat zelfs de dieet heeft invloed op cognitieve processen en stoornissen. In dementie homocysteïne niveau is meestal verhoogd en de bloed plasma laag. De carrosserie wordt dan vaak niet voldoende voorzien van vitaminen​ Cognitieve stoornissen worden dan niet alleen aangetroffen op het gebied van denken en geheugenprestaties, maar hebben ook effect op het spraakvermogen en het leren van nieuwe inhoud. Omgaan met alledaagse situaties is dan vaak niet meer mogelijk. Het vermogen om veranderingen volledig waar te nemen. Een beperking van de cognitie kan ook worden veroorzaakt door het nemen van medicatie. Enerzijds is dit gebaseerd op de gevoeligheid van ouderen voor bijwerkingen van het centrale zenuwstelsel, aangezien de gehele stofwisseling verandert met de leeftijd, vooral op het gebied van neurotransmitters. De doorlaatbaarheid van de bloed-hersenen barrière wordt verhoogd en het effect van de drugs is sneller. De drugs bereik dan de centrale zenuwstelsel makkelijker. Bijwerkingen omvatten dan door geneesmiddelen veroorzaakte cognitieve stoornissen, zoals verminderd concentratie en aandacht, geheugenproblemen die zich uitstrekken tot delirium, verminderd bewustzijn en perceptie. Andere symptomen zijn onder meer tragere motoriek en constante rusteloosheid. Drugs die anticholinerge eigenschappen hebben, zijn bijzonder problematisch omdat cholinerge neuronen een essentiële rol spelen bij cognitie en bewustzijn. Parkinsonwordt bijvoorbeeld behandeld met dit medicijn, wat verdere cognitieve stoornissen kan veroorzaken, vooral bij ouderen.