Therapie | Anafylactische shock

Therapie

Als er tekenen zijn van anafylactische shockmoet onmiddellijk een spoedarts worden gebeld, aangezien dit levensbedreigend is voorwaarde dat vereist onmiddellijke therapie. De belangrijkste maatregel bij een anafylactische reactie is om het allergeen (voor zover mogelijk) te verwijderen. Als een eerste hulp maatregel, moet eerst worden gecontroleerd of de persoon stil is ademhaling en of de circulatie nog functioneert.

Als dit niet het geval is, reanimatie moet onmiddellijk worden gestart. Om de bloedsomloop te stabiliseren, worden de zogenaamde schokken positie is handig. Hiervoor wordt de persoon plat op de grond gelegd en worden de benen opgetild om de retourstroom te vergemakkelijken bloed van de benen in het lichaam.

De therapie door de spoedarts is afhankelijk van de ernst van de allergische reactie. Voor milde reacties, de toediening van een antihistaminicum en cortisone (glucocorticoïde) is vaak voldoende. Instabiliteit van de bloedsomloop kan worden tegengegaan door toediening van vloeistof als een infuus.

In het geval van een schokkenkan adrenaline een vernauwing van de schepen, wat veroorzaakt bloed druk om te stijgen. Bij bijkomende astmatische klachten dient een astmaspray (noodspray / kortwerkende bèta-mimeticum) te worden gebruikt. Als ademhaling problemen treden op als gevolg van zwelling van de luchtwegen in de keel, ventilatie door de spoedarts kan ook nodig zijn.

Nood kit

Mensen waarvan bekend is dat ze een allergie hebben met sterke reacties, zoals anafylactische shock krijgen vaak een zogenaamde "noodkit" voor zelftherapie. Dit is een antihistaminicum en een cortisone voorbereiding. Deze kunnen dan in een noodsituatie worden meegenomen.

Daarnaast bevat zo'n set een adrenaline auto-injector, maar deze kan alleen gebruikt worden na voorafgaande training. Dit is een gebruiksklare spuit die adrenaline in de dij spier door stevig op de dij te drukken. Het is belangrijk om de bovenkant van de auto-injector niet aan te raken om onbedoelde injectie in de vinger te voorkomen!

in acute anafylactische shockis de diagnose meestal gebaseerd op de typische symptomen, vaak samen met een typische trigger zoals een bijensteek of een zojuist ingenomen antibioticum. Om een ​​allergie te bewijzen na een allergische reactiekan verdere diagnose door een dermatoloog nuttig zijn. Hiervoor worden mogelijke triggers en typische symptomen eerst in een gedetailleerd gesprek bevraagd en in een context gebracht.

Bovendien kan een reactie op typische allergenen worden uitgelokt. Deze tests brengen allemaal het risico van een ernstige anafylactische reactie met zich mee en mogen daarom alleen worden uitgevoerd door een ervaren arts op noodoproep. De meest gebruikte test is de "priktest“: Voor dit doel worden gestandaardiseerde allergenen op de onderarm en dan wordt de huid geprikt met een klein lancet.

Na ongeveer. Na 20 minuten kunnen de allergenen waarop de reactie is veroorzaakt worden afgelezen (een piepkleuring met roodheid wordt als een reactie beschouwd). Deze test kan echter alleen een sensibilisatie voor de stof detecteren.

Welke symptomen deze stof veroorzaakt, wordt niet weergegeven. Bij een "krastest" wordt de huid ongeveer 1 cm bekrast en wordt het vermoedelijke allergeen erop gedruppeld of ingewreven. Als deze tests geen sensibilisatie aangeven en er nog steeds een sterk vermoeden van een allergie bestaat, kan het allergeen ook met een injectiespuit in de huid van de rug worden geïnjecteerd.

Deze test gaat echter gepaard met een hoger risico op een anafylactische reactie. Verder bloed testen met bepaling van antilichamen tegen mogelijke allergenen zijn mogelijk (totaal IgE en specifiek IgE). In sommige gevallen kan een directe provocatie met de triggerende stof worden overwogen. Na een anafylactie schokkendit moet echter zeer voorzichtig gebeuren.