De keel

Introductie

De keelholte is het gedeelte tussen de mondholte en de slokdarm of luchtpijp. Het is opgedeeld in verschillende niveaus, dient voor het transport van voedsel en maakt deel uit van de luchtwegen. Het is ook in de volksmond bekend als de bovenste luchtweg.

Door de rechtopstaande houding van de mens is de keel meer gekromd dan bij andere zoogdieren. Dit maakt het inslikken veel groter. De keel bevat ook veel lymfeweefsel en is daarom een ​​belangrijk onderdeel van de immuunsysteem.

Anatomie Keel

De keelholte is een ca. 12-15 cm lange spierbuis en is gescheiden van de mondholte door de basis van de tong en palatale boog. De keelholte is verbonden met de neusholte door de choanas (nasofaryngeale doorgang).

De keelholte leidt naar beneden naar de strottehoofd, die zich vooraan (ventraal) bevindt en is verbonden met de luchtpijp (luchtpijp). Aan de achterkant (dorsaal) gaat de keelholte over in de slokdarm. De keel zelf is verdeeld in drie niveaus:

  • Enerzijds de nasopharynx (Pars nasalis pharyngis, nasopharynx of epipharynx) in het gebied van de overgang van de neusholte aan de mondholte.

    De choanas zijn de voorste opening die de keelholte verbindt met de neusholte. Bij de bovenste faryngeale wand (Fornix pharyngis), die grenst aan de basis van de schedel, ligt de ongepaarde Tonsilla pharyngealis. Het maakt deel uit van de immuunsysteem.

    Aan de zijkant van deze amandel bevinden zich de twee openingen van de gehoorbuizen. De openingen van deze amandelen zorgen voor de verbinding tussen de nasopharynx en de trommelholte en dienen zo voor het ventileren van de middenoor.

  • Dit wordt gevolgd door de orale farynx (Pars oralis pharyngis, oropharynx of mesopharynx), die wordt begrensd door verschillende structuren. De twee palatale bogen vertegenwoordigen de anterieure overgang tussen de orale farynx en de mondholte.

    De basis van de tongvormen de palatale spieren en de aangrenzende keelspieren de vernauwing, de landengte faucium. De zacht gehemelte (velum palatinum) vormt de bovenste (craniale) rand van de mond keelholte. De onderste (caudale) rand wordt gevormd door de bovenrand van de strotklep.

  • Op de mond-vis, de keelholte (Pars laryngea pharyngis, Laryngopharnyx of Hypopharynx) volgt.

    Dit gaat vervolgens over in het strottehoofdof slokdarm. De strotklep vertegenwoordigt de bovengrens. Het strottenhoofd entree (Aditus laryngis) vertegenwoordigt de voorste (ventrale) ingang van de strottehoofd en dus de voorste grens van de laryngopharynx. De overgang naar de slokdarm bevindt zich aan de achterkant (dorsaal) in het gebied van de cricoid kraakbeen van het strottenhoofd.