Revalidatie van de achillespeesruptuur

De behandeling van een achillespees breuk kan worden uitgevoerd met of zonder operatie. In beide gevallen duurt de gehele behandeling (inclusief revalidatie) doorgaans tussen de 12 en 16 weken. Als de revalidatie eenmaal is voltooid, is een bijna volledig herstel van het vroegere prestatievermogen mogelijk.

Voor wedstrijdsporters gaat de therapie (vooral vanwege de lange periode van inactiviteit) echter meestal gepaard met een aanzienlijke prestatieonderbreking. Nog maar een paar jaar geleden was het gebruikelijk om de verwonding, die voorheen voornamelijk operatief was behandeld, gedurende enkele weken te immobiliseren in een orthese (meestal een lagere been gips). Tegenwoordig is er de neiging om veel eerder te beginnen met een geleidelijk verhoogde belasting van de pees, omdat dit resulteert in een aanzienlijk betere regeneratie. Dit resulteert in beter wond genezen en minder langdurige schade, zoals verstijving van de enkel gewricht. Patiënten kunnen daardoor veel sneller hun vroegere prestatievermogen terugkrijgen.

Procedure

Ten eerste, de pees en de enkel gewrichten worden gestabiliseerd door het aanbrengen van een spalk (of door een speciale schoen te gebruiken) en in de teenpositie gebracht. Deze spalk zal de komende weken een belangrijke rol spelen in het revalidatieproces. Slechts een paar dagen na de operatie kan de patiënt uit het ziekenhuis worden ontslagen; revalidatie vindt dan poliklinisch plaats.

Handmatige littekenbehandeling, weefselvocht drainage door de been en zorgvuldige passieve bewegingen van de voet door de fysiotherapeut of een zogenaamde motorspalk vormen de eerste fase van revalidatie. Gemotoriseerde spalken zijn frames die de voet automatisch en met een vooraf bepaalde intensiteit bewegen en zo een uitstekende ondersteuning kunnen bieden bij het werk van de fysiotherapeut. Daarnaast, elektrotherapie kan worden gebruikt om het genezingsproces te bevorderen en te verlichten pijn.

Voor atleten is er ook een specifieke training van de been spieren. In de daaropvolgende weken wordt de teenpositie van de spalk / schoen geleidelijk verminderd tot uiteindelijk een normale positie van de voet is bereikt. Parallel hieraan wordt het been tijdens de bewegingstherapie steeds meer belast tot een volledige belasting en los lopend training is mogelijk.

Dit kan vaak het geval zijn na ongeveer 4 weken. Na nog eens 2 - 4 weken kan de spalk dan worden weggelaten. Onderarm ondersteuningen zijn echter nog steeds nodig.

Gedurende deze tijd training van de beenspieren en coördinatie vaardigheden zijn van groot belang en kunnen de terugkeer naar werk of sport aanzienlijk versnellen. Typische oefeningen in het begin zijn bijvoorbeeld aqua jogging en later oefeneenheden voor algemeen geschiktheid, zoals fietsen of de ergometer van het bovenlichaam. Coördinatie training kan worden bereikt door onder volledige belasting te staan, eerst in een tweebenige positie en vervolgens in een eenbenige positie. Gemotoriseerde rails worden in deze fase nog tot op zekere hoogte gebruikt. Idealiter kan de patiënt dan zijn sportactiviteiten hervatten vanaf ongeveer de 3e maand, ook als de vroegere sterkte van de pees op dit punt vaak nog niet bereikt is.