Oorzaak | Longontsteking bij de baby

Veroorzaken

Bij baby's en kleine kinderen, longontsteking verworven in een poliklinische setting is vaak een gemengde infectie van bacteriën en virussen. Een bacteriële infectie wordt vaak voorafgegaan door een virale infectie van het bovendeel luchtwegen. Ongeveer een kwart van alle longontsteking is van virale oorsprong en hoe jonger de patiënt, hoe waarschijnlijker het is virussen hebben de longontsteking veroorzaakt.

Bij 80% van de ziekten bij kinderen tussen 2 maanden en 2 jaar is een virale oorzaak een onderliggende oorzaak. Respiratoir syncytieel virus (RSV), invloed en adenovirus komen bijzonder vaak voor. Andere virussen dat kan veroorzaken longontsteking omvatten de volgende: rhinovirus, enterovirussen, varicella-zoster-virus (waterpokken), Epstein-Barr virus, Diverse herpes virussen, de cytomegalovirus (CMV) en mazelen virussen.

De belangrijkste bacteriële ziekteverwekkers, die echter pas in gevorderden een grote rol spelen jeugd, zijn Streptococcus pneumoniae, Mycoplasma pneumoniae en Chlamydia pneumoniae. De eerste vormt een bedreiging voor volksgezondheid alle jeugd leeftijdsgroepen omdat het zeer wijdverbreid is. Van alle leeftijdsgroepen van baby's en zuigelingen moet neonatale longontsteking worden onderscheiden en als de meest gevoelige worden beschouwd.

Het kind kan longontsteking krijgen kort na de geboorte binnen de eerste drie dagen na de geboorte als onderdeel van een neonatale infectie of pas na enkele dagen. De tijd tot het ontstaan ​​van de ziekte hangt samen met de lengte van de cyclus die de ziekteverwekker moet doorlopen. De classificatie van het transmissiemechanisme is gebaseerd op de levering.

De ziekteverwekkers kunnen door aspiratie naar de foetale longen worden overgedragen (inademing en inslikken) van geïnfecteerd vruchtwater en door ziekteverwekkers in de placenta bloed voor de geboorte. Na de geboorte bestaat de mogelijkheid van infectie direct tijdens de bevalling door ziekteverwekkers in het geboortekanaal van de vrouw, maar ook na nosocomiale bevalling door de moeder of het personeel. Voorbeelden van ziekteverwekkers die in de buik van de moeder worden overgedragen zijn rodehond, CMV, Treponema pallidum en Listeria monocytogenes. Perinataal ("bij de geboorte"), streptokokken (groep B), Escherichia coli, Staphylococcus aureus en Klebsielles zijn belangrijke soorten.

Bovendien kunnen atypische ziekteverwekkers of schimmels de oorzaak zijn van longontsteking. Met de huidige normen van de geïndustrialiseerde landen is dit echter zeer zelden het geval en is het een medische zeldzaamheid. Als het kind niet immuungecompromitteerd is, komt een uitbraak praktisch nooit voor in een normale omgeving. Dergelijke kleinschalige uitbraken komen alleen voor in landen waar de hygiënenormen en medische zorg buitengewoon slecht zijn. Schimmelsoorten die in dergelijke gebieden uitbreken zijn bijvoorbeeld Histoplasma capsulatum en Coccidioides immitis.