Houdingsverbetering op de werkplek | Houding school

Houdingsverbetering op de werkplek

A houding school begint op de werkvloer. In de regel wordt er 40 uur per week doorgebracht en onder bepaalde omstandigheden alleen zittend. Met de juiste gedragsregels, permanent pijn kan op de werkplek worden bediend.

Niet alleen correct zitten en staan ​​is belangrijk voor preventie, maar ook een evenwichtige relatie tussen spierspanning en ontspanning. Dagelijks geïntegreerd oefeningen op de werkplek kost niet veel tijd, stoor de persoon die naast je zit niet en kan zonder veel moeite worden uitgevoerd. De Brügger School of Posture beschrijft een holistisch concept, dwz oefeningen hebben betrekking op het hele lichaam en ook op de individuele omgeving.

De oefeningen worden individueel aangepast aan alledaagse situaties en de individuele patiënt. Houdingscorrectie wordt in het concept gebruikt als algemene basis voor alle functiestoornissen. Enkele van de oefeningen van het Brügger-concept worden hieronder weergegeven.

1) Om lichaamsbewustzijn, lichaamscontrole en mobilisatie van de wervelkolom, de patiënt zit in een stoel. De ene hand wordt op de navel geplaatst, de andere op de borstbeen. Nu wordt de eerste poging gedaan om het borst hand stil terwijl de buikhand hem nadert en weer verwijdert door gecontroleerde bekkenkanteling.

Vervolgens wordt de buikhand rustig in positie gehouden en de borst hand nadert en verwijdert. Later kunnen de bewegingen zonder handen en ook in staande positie worden geoefend. 2) Voor een volgende oefening gaat u met de rug tegen een muur staan, de armen opzij, de ruggen van de handen tegen de muur en de borst stijgt terwijl het bekken tegen de muur blijft.

Doe deze beweging een paar keer langzaam en beweeg dan de armen iets hoger en doe dezelfde oefening opnieuw. 3) Gebruik de viervoeterhouding om de rugspieren te versterken. Het bovenlichaam wordt naar de grond gezakt, de vingers kruipen naar voren totdat de armen gestrekt zijn en een diagonaal vormen met de rug.

De handpalmen liggen op de grond. Vanuit deze positie wordt een arm recht naar voren opgetild, een paar seconden vastgehouden, neergelaten en de andere arm opgetild. Herhaal beide kanten een paar keer.