De diagnose | Pijn achter de knieschijf

De diagnose

In de eerste plaats onderzoekt de arts eerst de knie klinisch om te zien welke structuur waarschijnlijk de oorzaak is van de pijn en om te kijken wanneer de pijn het ergst is. Als een volgende stap, een ultrageluid Hieraan wordt vaak onderzoek toegevoegd om te kijken of er sprake is van een verdikking of ontsteking van een pees. Ontsteking veroorzaakt vaak een uitstroming van vocht in de kniegewricht, die kan worden gedetecteerd door ultrageluidIn sommige gevallen kan een Röntgenstraal of zelfs een MRI-onderzoek moet worden geraadpleegd voor bijvoorbeeld diagnose om daar conclusies over te trekken kraakbeen schade of letsel aan de gewrichtsbanden. Bijvoorbeeld, kraakbeen schade, die vaak leidt tot pijn achter de patella, wordt eerder vermoed als er hoorbaar wrijven van de patella is tijdens het klinisch onderzoek, omdat er in dit geval meer bot tegen bot wrijft en de twee niet worden gescheiden door beschermend kraakbeen. Calcificaties, bijvoorbeeld bij chronische peesontsteking, kunnen ook worden opgespoord met behulp van een Röntgenstraal.

De therapie

De therapie voor pijn achter de knieschijf bestaat meestal uit een conservatieve, niet-chirurgische therapie. Er is keuze uit verschillende therapeutische procedures, die vaak parallel worden gebruikt. Enerzijds kunnen ontstekingsremmende en pijnstillende medicijnen worden gebruikt als de pijn anders ondraaglijk is.

Pijnstillende zalven zoals Voltaren® worden ook vaak voor dit doel gebruikt. Lokale injecties van pijnstillers spelen een grote rol, vooral bij ontstekingen van de peesaanhechting, en bieden meestal onmiddellijke verlichting. Bovendien kan kou in de vorm van ijswraps de symptomen verbeteren.

Om de symptomen niet alleen op korte termijn te verlichten, kunnen tijdens fysiotherapie oefeningen voor gerichte spiertraining worden gebruikt om de kniegewricht zichzelf zodat de spieren de kracht die erop inwerkt, kunnen absorberen. Tijdens spiertraining worden de spieren van de dij worden met name getraind, omdat ze de knie het beste kunnen stabiliseren. Naast fysiotherapie kan de orthopeed ook behandelingen voorschrijven zoals ultrageluid, elektrotherapie of manuele therapie.

Veel atleten dragen ook graag kniegewricht verbanden tijdens de ziektefase, omdat deze het gewricht stabiliseren en ook de pijn verlichten. Daarnaast wordt hen aangeraden de knie gedurende een bepaalde tijd te immobiliseren of de werkdruk aanzienlijk te verminderen zodat regeneratie kan plaatsvinden. Vaak moet de rest gedurende een periode van acht weken plaatsvinden.

Als volledige immobilisatie niet vereist is, kunnen sporten zoals zwemmen of fietsen zijn een goed alternatief. Bij een patellaire dislocatie is immobilisatie met een verband of orthese vaak aangewezen. Dit wordt echter gevolgd door een spieropbouwende therapie.

Als u problemen heeft met knieproblemen, dient u hoge schoenen en harde zolen te vermijden. Te zwaar is ook een risicofactor, dus gewichtsvermindering moet worden overwogen. Als de orthopedisch chirurg vaststelt dat er schade is aan de kraakbeenkan dit worden verholpen door een minimaal invasieve procedure (knie artroscopie = knieartroscopie), bijvoorbeeld door het kraakbeen glad te strijken.

Als kraakbeen is losgeraakt, kan het tijdens de behandeling ook uit het gewricht worden verwijderd artroscopie. Als een patiënt lijdt aan herhaalde dislocaties van de knieschijfkan de losgemaakte steunband van de knieschijf operatief worden vervangen met behulp van de eigen pees van de patiënt, waardoor de knie weer wordt gestabiliseerd. De oefeningen, die thuis zelfstandig kunnen worden uitgevoerd, zijn primair gericht op het versterken van de dij spieren.

Een ander effect is dat de knie wordt voorzien van meer bloed en dus het kraakbeen, dat zelf geen bloed heeft schepen van zichzelf, maar wordt door diffusie van voedingsstoffen voorzien, is beter van bloed voorzien. Een oefening die vooral het kraakbeen dient, is het uitvoeren van kniebuigingen. De armen moeten naar voren worden gestrekt en de knieën mogen niet voorbij de toppen van de voeten uitsteken.

Het is echter belangrijk, en dit geldt voor alle oefeningen, dat de knie niet wordt overbelast door de oefeningen. Fietsen is ook goed voor de knie. De knie wordt bewogen, maar wordt niet aan teveel druk blootgesteld.

Andere oefeningen die thuis goed gedaan kunnen worden zijn: de knie zittend laten zwaaien. Dit bevordert vooral de vorming van synoviale vloeistof. Het strekken van de knie in zittende positie en het een tijdje vasthouden heeft ook een gunstig effect op de dij spier, die de druk op de knie kan verlichten.

Bovendien, om de dijspier te versterken (quadriceps), The been kan in een draagdoek (bijvoorbeeld een handdoek) aan de enkel en langzaam naar achteren getrokken door de armen. Deze oefening rekt de quadriceps en stabiliseert permanent het kniegewricht. Het is ook nuttig om een ​​uitval uit te voeren.

Deze positie wordt dan enige tijd vastgehouden terwijl tegelijkertijd kleine schommelende bewegingen worden uitgevoerd. Kniebandages worden vaak aanbevolen bij pijn achter de knieschijf of algemene pijn in het kniegebied. Deze verbanden zijn bedoeld om extra stabiliteit en pijnverlichting in het kniegewricht te bieden. Dit kan voorkomen spieronevenwichtigheden en instabiliteit in het kniegewricht. Bovendien ondersteunt het de knieschijf zodat deze meestal niet meer kan ontwrichten. Naast de bandages wordt altijd fysiotherapie aanbevolen om de spieren in het bovenbeen- en kniegebied te versterken.