Kosten van schokgolftherapie | Extracorporale schokgolftherapie

Kosten van schokgolftherapie

Hoewel schokken golftherapie is een veel goedkopere methode dan chirurgie, de kosten worden meestal niet vergoed door de wet volksgezondheid verzekering. De volksgezondheid verzekeringsmaatschappijen geven hiervoor verschillende redenen. In sommige gevallen worden de behandelingen echter gesubsidieerd door de volksgezondheid verzekeringsbedrijf.

Dit hangt af van het individuele geval en moet worden aangevraagd bij de zorgverzekeraar. De private ziekteverzekering bedrijven betalen echter meestal de kosten van schokken golfbehandeling volledig. De kosten van schokken golftherapie kost ongeveer 60 tot 100 € per sessie en wordt in de meeste gevallen door de patiënten zelf betaald. De totale kosten bedragen dan ongeveer 200 tot 300 € voor gemiddeld drie sessies.

Complicaties

Ernstige complicaties zijn niet te vrezen als de schokgolf correct wordt gebruikt. Gewoonlijk kunnen onschadelijke zwelling en bloeding (hematoom) optreden in het behandelingsgebied. De volgende contra-indicaties moeten in acht worden genomen:

Kritiek op schokgolftherapie

Shockwave-therapie is een therapiemethode die niet definitief is onderzocht. Het effect van de schokgolf is bewezen, maar het mechanisme dat leidt tot weefselreactie en dus tot het succes van de therapie is niet volledig bekend. Daarom ontbreekt ook informatie over mogelijke positieve en negatieve interferenties die het therapeutische resultaat zouden kunnen beïnvloeden.

Daarom is het resultaat van een schokgolftherapie ook moeilijk te voorspellen. Alles hangt ervan af of de gewenste weefselreactie kan worden geactiveerd of niet. De resterende onzekerheden bij schokgolftherapie worden ook weerspiegeld in de klinische toepassing ervan.

Hoewel er een brede consensus bestaat over de ziektebeelden die met schokgolftherapie kunnen worden behandeld, is de behandeling van de therapie soms heel anders met betrekking tot de optimale energiefluxdichtheid (schokgolfintensiteit), de polsslag en de nodige therapiesessies. . Een ander probleem is dat de wettelijke zorgverzekeraars geen indicatie zien voor behandeling van verkalkte schouder, pseudartrose (niet-genezende fracturen), tennis elleboog, Achillespeesontsteking, en hielspoor ondanks bewezen effectiviteit en dekken daarom ook in deze gevallen de kosten niet. Bij particulier verzekerden is behandeling meestal probleemloos mogelijk na voorafgaand onderzoek van de kostenverantwoording.