Geslacht: functie, taken, rol en ziekten

In het verleden, vooral in de Duitstalige wereld, verwees de term geslacht uitsluitend naar de biologische verschillen tussen mannen en vrouwen. Ondertussen wordt de noodzaak erkend om psychologische en sociale aspecten van gender op te nemen. In de context van genderonderzoek wordt steeds meer gekeken naar de overgangsvormen van gender. Steeds vaker komt het beeld naar voren van een schaal waarin de voorheen rigide geslachtscategorieën mannelijk en vrouwelijk kunnen worden bekeken, zoals de kleur grijs, variërend van zwart tot wit.

Wat is geslacht?

De term geslacht kan verwijzen naar de biologische verschillen tussen mannen en vrouwen, maar het kan ook psychologische en sociale aspecten van seks omvatten. In de Duitstalige wereld duidde de term Geschlecht eerder de biologische verschillen tussen mannen en vrouwen aan. In het Engelse gebruik is het concept van seks echter breder onder de term geslacht. Naast de biologische aspecten omvat gender ook psychologische en sociale aspecten in de definitie van seks. Met de puur biologische definitie worden genetische, hormonale en organische niveaus van de term onderscheiden. Genetisch geslacht wordt bepaald door chromosomen. hormonen bepalen geslachtsklieren, en geslachtsorganen bepalen genitale seks. Deze definities kunnen de overgangsvormen tussen de seksen echter niet beschrijven. Dit komt doordat het geslacht van sommige mensen niet duidelijk kan worden bepaald omdat ze biologische kenmerken van beide geslachten bezitten. Bijvoorbeeld van een persoon chromosomen kan wijzen op een mannelijk geslacht, terwijl het hormonaal is evenwicht wijst dezelfde persoon toe aan het vrouwelijke geslacht. Gevallen van dit type onthullen de zwakke punten van de klassieke definitie van geslacht, die alleen een stoornis kan getuigen van de getroffenen zonder daadwerkelijk biologische nadelen te hebben. In veel gevallen lijden de getroffenen dan psychisch omdat ze de indruk krijgen dat ze abnormaal zijn.

Functie en taak

Het biologische geslacht van een organisme wordt genetisch en hormonaal bepaald. Biologische functies zijn geassocieerd met de vorming van de primaire en secundaire geslachtsorganen. Een vrouw lichaamsbouw stelt haar in staat een kind op termijn te dragen. In dit proces wordt het kind tijdens de opvang door de moeder opgevangen zwangerschap in het lichaam en na de geboorte door borstvoeding. Het mannetje produceert sperma voor reproductie in de Leydig-cellen van de teelballen, die tijdens de seksuele handeling aan het vrouwtje worden doorgegeven. Dit benadrukt het belang van verschillende biologische geslachtskenmerken. Dit betekent echter niet dat mannen en vrouwen per definitie fundamenteel verschillend van aard moeten zijn, of dat mensen die niet in staat zijn tot voortplanting een vermeende geslachtsstoornis hebben. Het genetisch geslacht wordt bepaald door het chromosoom distributie van het geslacht chromosomen​ Het vrouwtje heeft twee X-chromosomen en het mannetje heeft zowel één X- als één Y-chromosoom. Op basis hiervan worden hormonale processen geactiveerd tijdens de menselijke ontwikkeling, die de primaire en secundaire geslachtskenmerken bepalen. Dus het geslachtshormoon testosteron is verantwoordelijk voor de vorming van de primaire en secundaire mannelijke geslachtskenmerken. Het vrouwelijke geslacht hormonen (De oestrogenen en progestines) bepalen de vorming van de secundaire vrouwelijke geslachtskenmerken zoals borstgroei of menstruatie​ Het vrouwelijke fenotype ontwikkelt zich automatisch wanneer testosteron is niet aanwezig of handelt niet. Primaire en secundaire geslachtskenmerken kunnen dus zowel door genetische bepalingen als door biologische reguleringsmechanismen ontstaan. Interseksuele kenmerken, waarin zowel vrouwelijke als mannelijke kenmerken voorkomen, zijn ook onderhevig aan deze biologische processen. Er zijn echter ook psychologische en sociaal-cultureel bepaalde sekseverschillen, die tot de tertiaire geslachtskenmerken worden gerekend. Ze uiten zich in zogenaamd genderspecifiek gedrag. De tertiaire geslachtskenmerken variëren echter per culturele groep. Hier bepaalt de samenleving het mannelijke en vrouwelijke rolgedrag. Genderonderzoek onderzoekt daarom de invloeden van de samenleving, psychologie en biologie op genderidentificatie. Transseksuele mensen identificeren zich niet met hun biologische sekse en willen dit vaak laten aanpassen door geslachtsverandering. De rol die hormonale processen hierin spelen in bepaalde ontwikkelingsfasen of zowel sociaal-politieke als culturele invloeden, wordt ook onderzocht in de context van genderonderzoek. Wetenschappelijk wordt steeds duidelijker dat de bepaling van het geslacht van meerdere factoren afhangt. In deze context kan ook worden gewezen op de verschillen tussen interseksualiteit en transseksualiteit: bij interseksualiteit zijn zowel vrouwelijke als mannelijke geslachtskenmerken aanwezig, of helemaal geen duidelijke geslachtskenmerken. Bij transseksualiteit valt het biologische geslacht niet samen met het psychologisch waargenomen geslacht.

Ziekten en klachten

Het is niet altijd eenvoudig vast te stellen welke karakteristieke afwijkingen van biologisch geslacht zijn toe te schrijven aan een normale geslachtsvariatie of een onderliggende geneeskundige voorwaarde​ Interseksuele expressie kan worden veroorzaakt door chromosomen distributie, gen mutaties of hormonale afwijkingen. Chromosoom distributie aandoeningen omvatten Turner syndroom, syndroom van Klinefelter, of mozaïcisme. In Turner syndroom, is er slechts één X-chromosoom aanwezig. Een ander geslachtschromosoom ontbreekt. Het getroffen individu vormt uitwendig een vrouwelijk fenotype en is klein van stuk. Seksuele volwassenheid komt niet voor. Bovendien is levenslange medische behandeling noodzakelijk vanwege het risico op bijkomende ontwikkelingsstoornissen. Bij het Klinefeldter-syndroom heeft de getroffen persoon twee X-chromosomen en één Y-chromosoom. Er ontwikkelt zich een mannelijk fenotype. Pas in de puberteit wordt duidelijk dat het typische mannelijke fenotype niet tot ontwikkeling komt. Sperma productie is verminderd als gevolg van een testosteron tekort. Verder zijn er interseksuele mensen met de vorming van zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen. In de geneeskunde wordt dit aangeduid als hermafroditisme verus (echte hermafrodiet). Hermafrodieten kunnen ook kinderen baren of verwekken, hoewel zelfinseminatie niet mogelijk is. Er is weinig bekend over de oorzaak van deze vorm van interseksualiteit. Bij volledige androgeenresistentie (CAIS) ontwikkelt een persoon met een mannelijke set X- en Y-chromosomen vanaf het begin een vrouwelijk fenotype. Bij dit fenomeen wordt het mannelijke geslachtshormoon testosteron aangemaakt, maar de receptoren die het kunnen opnemen ontbreken. Verder zijn er zogenaamde hormonale stoornissen die dat kunnen leiden tot masculinisering bij vrouwen en feminisering bij mannen.