Schildkraakbeen: structuur, functie en ziekten

De schildklier kraakbeen maakt deel uit van het kraakbeenachtige skelet van de strottehoofd​ De structuur hiervan kraakbeen beïnvloedt de stemproductie. Ziekten van de schildklier kraakbeen beïnvloed daarom de stem.

Wat is het schildkraakbeen?

Het schildkraakbeen, met de Latijnse term cartilago thyroidea, vertegenwoordigt het grootste kraakbeen van de strottehoofd​ In het Engels wordt het schildkraakbeen genoemd. Uitwendig is het schildkraakbeen zichtbaar als de Adams appel​ Vooral bij mannen, de Adams appel verschijnt prominent en is de voorwaarde voor een diepe stem. De Adams appel is een van de secundaire mannelijke geslachtskenmerken. Het wordt gevormd door een verdikking van het schildkraakbeen onder invloed van testosteron​ Boven het schildkraakbeen bevindt zich de larynxkap (strotklep), waardoor wordt voorkomen dat voedselpulp in de luchtpijp terechtkomt. De strotklep is verbonden met het schildkraakbeen. Onder de thyroidea van het kraakbeen zit het horizontale cricoid-kraakbeen, dat achterwaarts scharniert aan het stervormige kraakbeen. Achter het schildkraakbeen bevinden zich de stembanden of stembanden​ Ze zijn met elkaar verbonden door gewrichtskraakbeen. Het kraakbeen wordt bij elkaar gehouden door verschillende ligamenten, en de strottehoofd wordt met behulp van een membraan aan het tongbeen opgehangen.

Anatomie en structuur

Het schildkraakbeen wordt gevormd door twee kraakbeenplaten van hyaline kraakbeen​ Bij dit proces worden deze kraakbeenplaten vooraan in het midden met elkaar verbonden. Aan de bovenkant zit een kleine inkeping in het schildkraakbeen, de incisura thyroidea superior. Het is zelfs van buitenaf voelbaar. Aan de onderkant is er nog een kleinere, onopvallende inkeping genaamd incisura thyroidea inferior. Achter het schildkraakbeen worden de stembanden gespannen tussen het stervormige kraakbeen. De thyroidea van het kraakbeen vormt het anterieure aspect van het strottenhoofd. Het is nog steeds enigszins naar voren gebogen. Tijdens de puberteit vindt een verdikking van dit uitsteeksel plaats bij jonge mannen. De typische adamsappel wordt gevormd en de stem wordt dieper. Vier spieren hechten zich vast aan het schildkraakbeen. De sternothyroïde spier is een skeletspier die het schildkraakbeen naar beneden trekt. Het hecht zich aan de linea obliqua, een schuine lijnstructuur van het schildkraakbeen. De thyrohyoid-spier bevindt zich ook op de linea obliqua en is een verlengstuk van de sternothyroid-spier. Door de afstand tussen het tongbeen en het schildkraakbeen te verkleinen, zorgt het voor sluiting van het strottenhoofd. Als een andere faryngeale spier ligt de onderste spier van de constrictor pharyngis het verst naar beneden in de richting van de slokdarm. Een deel van de spier, de pars thyrofaryngea, begint op zijn beurt bij de linea obliqua. Het andere deel, de pars cricopharyngea, vindt zijn oorsprong aan de laterale rand van het cricoid-kraakbeen. De inferieure constrictor pharyngis-spier heeft twee functies. Enerzijds duwt het het voedselpulp tijdens het slikken naar de slokdarm, en anderzijds neemt het deel aan stemmodulaties. De cricothyroid-spier is de vierde spier die is verbonden met het schildkraakbeen. Het begint bij het cricoid-kraakbeen en strekt zich uit tot de voorste rand van het schildkraakbeen. Het is gedeeltelijk verantwoordelijk voor het reguleren van de spanningstoestand van de stembanden, waardoor de stemfrequentie toeneemt.

Functie en taken

Schildkraakbeen speelt een belangrijke rol bij het bepalen van de structuur van het strottenhoofd en heeft daarmee een grote invloed op de functie ervan. Door de nauwe verbinding met de larynxmusculatuur en de stembanden is het mede verantwoordelijk voor onder meer het afsluiten van het strottenhoofd tijdens het slikken en voor de stemproductie. Door deze nauwe verbinding, structurele veranderingen in het schildkraakbeen, zoals de vorming van de adamsappel ook leiden naar een diepere stem. De individuele spieren van het strottenhoofd hebben verschillende taken, zoals eerder vermeld. Naast zijn functie als een belangrijk structureel onderdeel van het strottenhoofd, zorgt het schildkraakbeen ook voor de afstemming van de verschillende processen die betrokken zijn bij stemvorming. Zelfs de soepele scheiding van de functies van de slokdarm en luchtpijp is gedeeltelijk te danken aan het werk van het schildkraakbeen.

Ziekten

Geïsoleerde ziekten van het schildkraakbeen zijn zeer zeldzaam. Meestal is het schildkraakbeen hierbij betrokken ontsteking van het strottenhoofd (keelontsteking), maar het is niet het kraakbeen dat wordt aangetast, alleen de slijmvlies. keelontsteking vaak het gevolg van virale infecties. Minder vaak is er sprake van een bacteriële infectie. ontsteking door autoimmuunziekten is ook mogelijk. Bij deze processen worden voornamelijk de slijmvliezen aangevallen. Als de ziekte zich uitbreidt naar de stembanden, heesheid of zelfs verlies van stem treedt op. Verder zijn er verschillende goedaardige en kwaadaardige larynxtumoren. Goedaardige tumoren komen vaker voor dan kwaadaardige. Ook hier wordt het schildkraakbeen meestal niet geïsoleerd aangetast. Een veel voorkomend symptoom neemt toe heesheid​ Meer dan 90 procent van de kwaadaardige vormen zijn plaveiselcelcarcinomen. Op hun beurt degenereren de cellen van het slijmvlies. In zeldzame gevallen echter chondrosarcoom kan ook voorkomen. chondrosarcoma is een degeneratie van bindweefsel cellen van het kraakbeen. Ook hier is de lokalisatie zeer zeldzaam, vooral in het schildkraakbeen. Chemotherapie en radiotherapie zijn niet succesvol met deze tumor, omdat gedegenereerde kraakbeencellen er niet op reageren. De enige kans op genezing is de volledige verwijdering van de tumor. Dit kan betekenen dat het strottenhoofd volledig wordt verwijderd, wat resulteert in stemverlies. Als er sprake is van zwelling onder het schildkraakbeen, kan het ook een schildklieraandoening zijn waarbij a struma vormen. Volgens de symptomen wordt hier een ziekte van het schildkraakbeen oppervlakkig vermoed. Er wordt echter een naburig orgel aangetast.