Wanneer krijg je chemotherapie? | Behandeling van prostaatkanker

Wanneer krijg je chemotherapie?

Chemotherapie is geschikt voor patiënten met gevorderde prostaat kanker​ In deze gevallen is de tumor meestal al uitgezaaid. Lokale behandeling door middel van een operatie of bestraling heeft meestal geen zin, omdat de tumorcellen zich mogelijk al door het lichaam hebben verspreid.

Vanwege de relatief sterke bijwerkingen, chemotherapie For prostaat kanker wordt alleen gebruikt nadat hormoontherapie geen effect heeft getoond en alle andere mogelijkheden zijn uitgeput. Chemotherapie kan de tumorgroei vertragen en symptomen verlichten zoals bot pijn veroorzaakt door spinale metastasen​ Het doel van chemotherapie voor de behandeling van prostaatkanker is om het leven te verlengen en de kwaliteit van leven van de patiënt te verbeteren.

Chemotherapie biedt echter geen genezing. Of chemotherapie zinvol is, wordt door de arts samen met de patiënt bepaald, omdat deze behandelmogelijkheid niet voor iedereen geschikt is vanwege de ernstige bijwerkingen. Er zijn verschillende manieren waarop chemotherapie wordt toegediend aan patiënten met prostaat kanker.

De therapie wordt toegediend in zogenaamde cycli, waarbij één cyclus overeenkomt met één behandelingsinterval. Elke cyclus wordt gevolgd door een behandelingspauze van enkele weken om het lichaam te laten herstellen van de stress en spanningen van chemotherapie. De patiënt krijgt zijn medicatie meestal elke drie weken per cyclus in de vorm van een infuus.

Het duurt gewoonlijk ongeveer een uur voordat de infusie klaar is. Nadat de infusie is gegeven, kan de patiënt weer naar huis. De arts en de patiënt beslissen samen met hoeveel cycli chemotherapie een patiënt gaat prostaatkanker nodig heeft.

Het aantal cycli hangt af van de algemene toestand van de patiënt volksgezondheid en het stadium van de kanker. Chemotherapie duurt gewoonlijk vier tot zes cycli. Daarna wordt het succes van de behandeling gevolgd met de tumormarker PSA en wordt de verdere behandeling bepaald.

Het is zeer waarschijnlijk dat er meer of minder ernstige bijwerkingen optreden tijdens chemotherapie. Tijdens chemotherapie worden medicijnen toegediend die voornamelijk de groei van snel delende cellen remmen. Daarom worden primair de snel vermenigvuldigende tumorcellen aangetast, maar wordt ook gezond weefsel, dat vaak regenereert, vernietigd.

Vooral het slijmvlies van de spijsverteringskanaal haar wortelcellen en de hematopoëtische cellen in de beenmerg zijn aangetast. Als gevolg hiervan hebben patiënten last van diarree, misselijkheid en braken​ Vanwege het schadelijke effect op de haar wortelcellen, het hoofdhaar, schaamhaar en andere lichaamshaar geleidelijk uitvallen.

Daarnaast zijn er wijzigingen in de bloed count: het aantal witte bloedcellen, die de mens vormen immuunsysteem, kunnen vallen en patiënten worden vatbaarder voor infecties. Het Rode bloed cellen kunnen ook afnemen en bloedarmoede (gebrek aan bloed) ontwikkelt. De gevolgen zijn hoofdpijn, vermoeidheid en bleekheid.

Tijdens chemotherapie worden patiënten nauwlettend gevolgd en worden bijwerkingen zo goed mogelijk behandeld. Er zijn medicijnen voor de maagdarmkanaalklachten die helpen misselijkheid en braken. De bloed De telling wordt regelmatig gecontroleerd en bij ernstige complicaties wordt de dosis chemotherapeutica dienovereenkomstig verlaagd.