Dexamethason-remmingstest | Dexamethason

Dexamethason-remmingstest

De zogenaamde dexamethason remmingstest is een provocatietest. Bij een gezond organisme is de productiesnelheid van de bijnierschors en daarmee de concentratie van glucocorticoïden (bijv. cortisol) wordt gecontroleerd door een regelcircuit tussen de hypofyse en de bijnierschors. Bij hoge cortisolconcentraties wordt de productie van een hormoon van de hypofyse (adrenocorticotropine; afkorting: ACTH) is verminderd.

Dit zorgt er op zijn beurt voor dat de bijnierschors zijn synthesecapaciteit vermindert. Bij lage cortisolconcentraties is de hypofyse produceert verhoogde hoeveelheden adrenocorticotropine, dat via de bloedbaan naar de bijnierschors wordt getransporteerd en de synthesesnelheid ervan stimuleert. Er wordt meer cortisol aangemaakt.

Dexamethason als synthetisch glucocorticoïde is het nu in staat om een ​​verhoogde cortisolspiegel in het organisme te simuleren en zo de productie van adrenocorticotropine en uiteindelijk de synthese van cortisol te verminderen. Bij een gezond persoon moet de cortisolconcentratie daarom snel dalen na inname van het preparaat. Bij patiënten die lijden aan De ziekte van Cushingde communicatie tussen de hypofyse en de bijnier loopt echter uit de hand.

Ondanks hoge cortisolspiegels wordt adrenocorticotropine geproduceerd, wat uiteindelijk leidt tot een ongecontroleerde toename van de cortisolconcentratie. Na het nemen van dexamethason er is daarom geen remming van de cortisolsynthese zoals verwacht. Over het algemeen wordt onderscheid gemaakt tussen een lage dosis en een hoge dosis dexamethason-remmingstest.

Bij de procedure met lage dosering wordt een eenmalige orale toediening van één tot maximaal 2 mg dexamethason toegediend. De hoge dosis test daarentegen vereist een inname van ongeveer 8 mg van de werkzame stof. In de regel twee bloed monsters worden genomen op opeenvolgende dagen.

Van het eerste monster wordt de cortisolconcentratie bepaald VOORDAT het dexamethason wordt ingenomen, het tweede monster wordt ongeveer 12 uur NA de toediening van het preparaat genomen. De cortisolconcentratie wordt bepaald uit dit monster na inname van dexamethason. Een positieve dexamethason-test (dwz geen vermindering van de synthese na toediening van het preparaat) alleen is voldoende om de aanwezigheid van De ziekte van Cushing.

De dexamethason-remmingstest geeft alleen een eerste aanwijzing. Voor verdere diagnostiek een zogenaamde CRH-test, een insuline hypoglykemie-test en een 24-uurs cortisolbepaling in de urine moeten worden uitgevoerd. Voor verdere diagnostiek, een zogenaamde CRH-test, een insuline hypoglykemie-test en een 24-uurs cortisolbepaling in de urine moeten worden uitgevoerd.

Bijwerking

De bijwerkingen van een therapie met dexamethason zijn beperkt als de therapie gedurende korte tijd in lage doses wordt gegeven. Omdat dit echter niet altijd kan worden nageleefd, kunnen er tal van bijwerkingen optreden, vooral in de context van een langdurige therapie. De bloed en immuunsysteem kan vatbaarder zijn voor infecties, veranderingen in de bloedbeeld en een verzwakking van de immuunsysteem.

Op het gebied van metabole lichaamsfuncties kan dexamethasontherapie leiden tot de ontwikkeling van suikerziekte mellitus (diabetes), verhoogde eetlust en gewichtstoename, vetopslag in bepaalde gebieden (romp zwaarlijvigheid, stier nek, opgeblazen gezicht) en stoornissen van het vetmetabolisme. Mogelijke psychische symptomen zijn prikkelbaarheid, verhoogde drive, rusteloosheid, Depressie, slapeloosheid, psychose en manische toestanden, zodat verhoogde voorzichtigheid wordt aanbevolen, vooral voor patiënten met reeds bestaande geestesziekte. Bovendien kan er een verhoogd risico op epileptische aanvallen zijn bij patiënten met bekende epilepsie.

Mogelijke bijwerkingen aan het oog zijn de ontwikkeling van een groene of grijze kleur staar (glaucoma/ cataract). In de hart-kan er sprake zijn van hartinsufficiëntie, hoge bloeddruk en hartritmestoornissen als gevolg van veranderingen in bloedzouten. Op het gebied van de spijsverteringsorganen zijn mogelijke bijwerkingen maag zweren met een verhoogd risico op bloeding, ontsteking van de alvleesklier (pancreatitis), ontsteking van de slokdarm (oesofagitis), misselijkheid, braken en winderigheid.

De huid en haar kan een verhoogde haargroei, dunner worden van de huid met een perkamenthuid, vlekkerige of streperige veranderingen in de huid en allergische reacties van de huid vertonen. In het gebied van het skelet kan botverlies (osteoporose), verhoogde botbreekbaarheid, gescheurd pezen, spierzwakte en groeiremming bij kinderen kunnen optreden. Cyclusstoornissen bij vrouwen of impotentie bij mannen zijn ook mogelijke bijwerkingen.