Waarden / normale waarden | TSH

Waarden / normale waarden

De TSH waarde kan worden bepaald met een simpele bloed monster genomen uit het bloed. Deze waarde reageert zeer gevoelig op veranderingen en storingen in de hormonen van de schildklier​ Als de schildklierhormoonspiegels duidelijk te hoog zijn, kan de TSH waarde kan onder de detectielimiet vallen.

Dit kan worden verklaard door de bovengenoemde reguleringscyclus, namelijk de schildklier hormonen zijn te hoog en veroorzaken daardoor de TSH waarde om te laten vallen. Als de schildklierhormoonspiegels te laag zijn, kan de TSH-waarde aanzienlijk worden verhoogd. Deze eigenschap onderstreept de TSH-waarde als een belangrijke progressieparameter bij schildklieraandoeningen.

De normale waarden in bloed serum wordt door de verschillende medische genootschappen op verschillende manieren gegeven, maar ligt bij een gezonde volwassene tussen de 0.4 en 4.5 milli-eenheden per liter. Afhankelijk van het onderzoekslaboratorium worden soms verschillende referentiewaarden verkregen. Indien deze wetenschappelijk plausibel en gerechtvaardigd zijn, dient met deze referentiewaarden rekening te worden gehouden.

De TSH-waarde wordt verhoogd als er te weinig schildklierhormoon wordt aangemaakt door de schildklier of zelfs als er geen schildklier aanwezig is vanaf de geboorte. De schildklier waarden zijn te laag in het geval van hypothyreoïdie, bijvoorbeeld als er een chronische ontsteking is. De meest voorkomende vorm is auto-immuun thyroiditis, genaamd Hashimoto's thyroïditis.

Hier, zogenaamd antilichamen zijn aanwezig die zijn gericht tegen enzymen en andere belangrijke componenten van het schildklierweefsel. Deze ziekte blijft in eerste instantie meestal onopgemerkt, omdat ze aanvankelijk geen symptomen veroorzaakt. Het TSH-niveau keert dan terug naar normaal wanneer de schildklier hormonen worden toegediend, bijvoorbeeld in de vorm van tabletten (L-thyroxineAls de schildklier overactief is, daalt het TSH-niveau, wederom als gevolg van het regelcircuit en de zogenaamde 'negatieve feedback' van te veel schildklierhormonen in de bloed.

Schildklierhormonen dus leiden tot een afname van hun stimulerende factor. Een overactieve schildklier kan verschillende oorzaken hebben. Een daarvan is Ziekte van Graves.

Bij deze ziekte, zogenaamd autoantilichamen worden gevormd tegen de receptoren van TSH in de schildklier. Deze antilichamen veroorzaken een verhoogde productie van schildklierhormonen en dus leiden tot hyperthyreoïdie​ Bovendien kunnen afzonderlijke delen van de schildklier zichzelf inkapselen als zogenaamde autonome adenomen. Deze gebieden produceren dan een verhoogde hoeveelheid schildklierhormonen en induceren ook hyperthyreoïdie, zonder onderworpen te zijn aan de bovengenoemde controlecyclus. Naast alle ziekten kan het nemen van schildklierhormonen ook leiden tot een daling van de TSH-waarden en ook tot zichtbare hyperthyreoïdie.