Uitgebreide monitoring | Toezicht houden

Uitgebreide monitoring

De uitbreiding van de basic Grensverkeer kan geïndiceerd zijn voor bepaalde procedures en patiënten. Dit geldt met name voor patiënten met reeds bestaande cardiovasculaire aandoeningen of patiënten die intensieve zorg nodig hebben. Het EEG registreert de hersenen golven.

Dit geeft informatie over de diepte van anesthesie en bloed stroom in de hersenen. Het EEG wordt naast het normale gebruikt Grensverkeer, als er aan bijzonder bedreigde personen wordt geopereerd of als er ingrepen worden uitgevoerd bloed schepen leveren van de hersenen. In tegenstelling tot niet-invasief bloed drukmeting, deze methode is nauwkeuriger omdat een meetsonde direct in een slagader op de pols het bepalen van bloeddruk.

Deze sonde registreert continu de bloeddruk, zodat zelfs kleine schommelingen direct kunnen worden opgemerkt. Het invasieve bloeddruk meting wordt vooral gebruikt bij patiënten met een instabiele bloedsomloop, een hoog risico op bloedingen of een grote vaatchirurgie. De centrale veneuze katheter vertegenwoordigt een alternatieve toegangsroute tot het veneuze vasculaire systeem van de patiënt.

Het wordt meestal in een grote ader bij de patiënt nek. De centraal veneuze druk kan worden bepaald door de centrale veneuze katheter, die informatie geeft over drukomstandigheden in de pulmonale circulatie en dus indirect over die van de patiënt hart- functie en volumestatus. Bovendien kunnen infusies en voedingsoplossingen worden toegediend via de CVC, wat zou leiden tot irritatie van de aderen als de toegang tot de extremiteiten kleiner zou zijn.

Patiënten die een bijzonder risico lopen op myocardinsufficiëntie of a hart- aanval worden gecontroleerd door een speciaal ECG. Daarnaast wordt het zogenaamde ST-segment nauwlettend gevolgd, waardoor de anesthesioloog vroegtijdig kan zien of de patiënt hart- is onvoldoende voorzien van bloed. Cardiale output is het bloedvolume dat het hart in een bepaalde tijd door het lichaam pompt.

Het is een maat voor de functionele efficiëntie van de hartspier en wordt vooral verminderd in een toestand van schokken. Het hartminuutvolume wordt gemeten met een zogenaamde thermodilutiemethode. Hiervoor wordt een temperatuurvoeler in een ader in de lies.

Vervolgens wordt een koude zoutoplossing (ongeveer 20 ° C) geïnjecteerd - meestal in een ader in de nek Oppervlakte. De verdeling van de koude oplossing leidt tot een verandering in de temperatuur van het bloed, die na een bepaalde tijd ook in de lies kan worden gemeten.

De tijd die nodig is om de koude oplossing naar de lies te transporteren, is afhankelijk van het hartminuutvolume en kan dus indirect worden berekend. Deze methode wordt vooral gebruikt voor patiënten in schokken en voor patiënten met sepsis (bloed vergiftiging).