Therapie van endocarditis

Hoe wordt endocarditis behandeld?

De therapie van endocarditis bestaat uit het toedienen van een hoge dosis antibiotica​ Om de therapie te optimaliseren, is het noodzakelijk om de triggerende pathogenen te isoleren van de bloed en bepaal ze in een microbiologisch laboratorium. Daarom herhaald bloed bemonstering met tussenpozen van één tot twee uur is onvermijdelijk.

Het opsporen van ziekteverwekkers van de zogenaamde HACEK-groep (dit is een groep van bacteriën, die zich van nature in de mond en keelgebied, heeft een bijzonder langzame groei en is verantwoordelijk voor ongeveer 5 tot 10 procent van alle ontstekingen van het binnenste hart- muur) is bijzonder tijdrovend. HACEK staat voor: In eerste instantie de antibioticatherapie van endocarditis wordt intraveneus uitgevoerd (iv, dwz via de ader), om hoge niveaus van het antibioticum in bloed zo snel en blijvend mogelijk en zo een maximaal effect te bereiken tegen de bacteriën​ Het duurt gewoonlijk 4 tot 6 weken voordat het antibioticum is genezen. Een therapie met een antibioticum moet soms veel langer worden uitgevoerd.

  • Haemophilus influenzae, parainfluenzae en aprophilus
  • Actinobacillus
  • Cardiobacterie
  • Eicenella
  • Klingella.

Duur van de therapie

Endocarditis is een ernstige infectie, de therapie moet lange tijd worden uitgevoerd, twee tot zes weken zijn het minimum. Als een patiënt kunstmatig is hart- kleppen, moet de duur van de antibioticatherapie ook worden verlengd tot acht weken, afhankelijk van de ziekteverwekker. Als een patiënt natuurlijk is hart- kleppen zijn ernstig beschadigd of volledig vernietigd door endocarditis, een hartoperatie wordt noodzakelijk, wat de therapie en de tijd tot herstel verlengt.

Welke antibiotica worden er gebruikt?

De antibioticatherapie wordt in twee fasen uitgevoerd. Als de arts endocarditis vermoedt, is de mogelijke ziekteverwekker nog niet bekend. Daarom wordt een brede therapie gestart.

Deze therapie omvat ceftriaxon, gentamicine en vancomycine, drie antibiotica met een zeer breed werkingsspectrum. Door herhaaldelijk bloedkweken te nemen, kan in 80-90% van de gevallen een ziekteverwekker worden gevonden en de antibiotica gebruikt kan worden aangepast. Meestal worden de volgende antibiotica gebruikt bij de behandeling van endocarditis: penicilline G of ceftriaxon bij penicillinegevoelig streptokokken.

Penicilline-bestendig streptokokken en enterokokken worden behandeld met ampicilline en gentamicine, stafylokokken met flucloxacilline of oxacilline, en vancomycine wordt gebruikt voor methicillineresistentie. In het geval van kunstmatig hartkleppennaast de bovengenoemde antibiotica moeten antibiotica met een sterker effect en / of een breder werkingsspectrum worden gebruikt; het gebruik van gentamicine, vancomycine en rifampicine komt daarom vaker voor. Voor elke ziekteverwekker is, afhankelijk van de aanwezigheid van een kunsthartklep of niet, een specifieke combinatie van antibiotica bijzonder geschikt.