OP-methoden | Diagnose, symptomen en therapie van tibiale kopfracturen

OP-methoden

In de meeste gevallen is een chirurgische behandeling van een scheenbeen nodig hoofd breuk om op lange termijn een glad gewrichtsoppervlak te herstellen en ongestoorde beweging mogelijk te maken. In het geval van kleinere fracturen kan het echter voldoende zijn om de ingreep artroscopisch uit te voeren. In dit geval wordt het voegoppervlak slechts een klein beetje verhoogd en dus gladgestreken.

Bovendien kan het gewricht opnieuw worden bekleed met het eigen botweefsel van de patiënt. In de meeste gevallen is een open operatie echter noodzakelijk. De been wordt onder tractie teruggebracht naar zijn normale as.

Deze tractie wordt vervolgens gehandhaafd, hetzij met behulp van een fixator of met plaatjes, schroeven en draden, tot de breuk kan genezen in de juiste positie. Alle botfragmenten die mogelijk door het ongeval zijn gemaakt, worden weer vastgemaakt. Bij alle bewerkingen is het bijzonder belangrijk dat niet alleen de been as wordt hersteld, maar ook dat het voegoppervlak zo glad mogelijk is.

Dit is vooral belangrijk om de ontwikkeling van artrose in de geopereerde knie te voorkomen. Natuurlijk, eventuele bestaande blessures aan de ligamenten of pezen van de knie worden ook behandeld tijdens de operatie. Schade aan bloed schepen or zenuwen kan gedeeltelijk worden behandeld.

Zelfs na de operatie kan de been wordt dan voorzien van een spalk en dus geïmmobiliseerd. Ook hier helpt fysiotherapie overmatige spierafbraak te voorkomen en de beweeglijkheid van het gewricht in een vroeg stadium te waarborgen. Hiervoor wordt het been voornamelijk direct na de operatie passief bewogen.

In het verdere verloop van de operatie ligt de focus dan op actieve training en versterking van het spierstelsel. Voldoende inname van pijnstillers hoort natuurlijk ook bij de chirurgische nazorg. Vooral als u na de operatie bijzonder moedig probeert te zijn, chronisch pijn kan snel ontwikkelen. Om deze reden, pijn moet altijd worden behandeld met een snelle en voldoende pijnstiller.

Metaal verwijderen

Of het tijdens de operatie ingebrachte materiaal moet worden verwijderd, hangt naast de chirurgische ingreep af van hoe oud u bent en of u klachten heeft over het geïmplanteerde materiaal. Omdat platen en schroeven vreemde lichamen zijn, kunnen er altijd irritaties en reacties van het lichaam op het materiaal optreden. Veel patiënten vinden de materialen onaangenaam.

In sommige gevallen kunnen de platen enz. Op een bepaald moment ook een belemmering vormen voor verdere genezing, bijvoorbeeld omdat ze pijn doen onder stress. In deze gevallen is metaalverwijdering natuurlijk altijd verstandig.

Anders kan in het algemeen worden gezegd dat het bij jongere mensen beter is om het vreemde materiaal te verwijderen. Anders draag je het tenslotte een hele tijd met je mee en neemt de kans op latere complicaties toe. Het is ook mogelijk dat het vreemde materiaal de vorming van nieuw botmateriaal vertraagt ​​of verhindert en zo verdere genezing in de weg staat.

Als oudere persoon kan het legitiem zijn om platen of schroeven op hun plaats te laten. Vooral als ze geen ongemak veroorzaken, kan dit het operatierisico tijdens het verwijderen besparen. Als er na de operatie plaatjes of schroeven achterblijven en later moeten worden verwijderd, is deze verwijdering meestal na ongeveer een jaar nodig.

De procedure zelf is dan meestal erg kort. Omdat metaalverwijdering veel minder weefselschade veroorzaakt dan de oorspronkelijke ingreep, gaat het herstel veel sneller. In de meeste gevallen moet ook hier eerst de belasting worden verhoogd. Een volledige lading is echter meestal al na enkele dagen weer mogelijk.