Manuele therapie (MT)

Manuele therapie is een specialiteit van fysiotherapie, die wordt verworven gedurende meerdere jaren van training. Deze bijscholing vindt plaats in weekenden in verschillende blokken en is extra beroepsmatig. De kosten voor de voortgezette opleiding van een manuele therapie worden veelal door de therapeut zelf gedragen of hij wordt in de kosten door zijn werkgever ondersteund.

Bij manuele therapie spoort de therapeut de oorzaak van de klachten van de patiënt op. Hij maakt onderscheid tussen de individuele structuren. De therapeut krijgt een eerste acceptatie van manuele therapie door middel van een specifiek onderzoek.

Door te vragen naar het punt van pijn, bij welke beweging de pijn optreedt, is de pijn aan het begin of aan het einde van de beweging, verbetert de pijn in de loop van de dag, kan de pijn worden beïnvloed door kou of hitte? Hierdoor kan de therapeut onderscheid maken tussen gewrichts- of spierproblemen. Door middel van passieve testen controleert hij de mobiliteit in vergelijking met de actieve mobiliteit.

Als de beweging hetzelfde is voor actieve en passieve beweging, is er een gewrichtsprobleem, als de beweging nog steeds mogelijk is voor passieve beweging, is er een spierprobleem. Als de therapeut een verschil kan vaststellen, controleert hij door middel van bepaalde testen of er sprake is van een zenuwprobleem. Afhankelijk van de resultaten van deze onderzoeken past de therapeut de behandeling aan. Ofwel een mobilisatie van het gewricht, spiertechniek bij een spierprobleem is voldoende of hij moet het gewricht manipuleren indien nodig de wervelkolom.

Wie heeft manuele therapie nodig?

Indicaties voor manuele therapie zijn dezelfde als voor fysiotherapie. Beperkte beweging, pijn en het verlichten van houding zijn de meest voorkomende redenen. De contra-indicaties voor manuele therapie zijn veel belangrijker.

De belangrijkste factoren zijn ontstekingsprocessen in het gewricht of in het lichaam in het algemeen, kanker geschiedenis, metastasenbotbreuken, osteoporose of andere botverzachtende ziekten. Cervicale wervelkolombehandelingen zijn gecontra-indiceerd voor veranderingen in de wervelslagader. Voorzichtigheid is ook geboden bij manuele therapie bloed verdunners en cortisone.

Over het algemeen is een goede patiënt-therapeutrelatie belangrijk bij manuele therapie. Vooral bij behandelingen van de cervicale wervelkolom, het kaakgewricht en manipulaties van de gehele wervelkolom dient de patiënt zich volledig te kunnen ontspannen en vertrouwen te hebben in de therapeut. Zodra er een kleine spierspanning ontstaat, mag de therapeut onder geen beding enige manipulatie uitvoeren en alleen technieken gebruiken die het weefsel en de patiënt ontspannen.