Gliomen: consequente ziekten

Hieronder volgen de belangrijkste ziekten of complicaties die door gliomen kunnen worden veroorzaakt: Cardiovasculair systeem (I00-I99). Veneuze trombo-embolie (VTE; afsluiting van een bloedvat door een losgeraakt bloedstolsel). Neoplasmata - tumorziekten (C00-D48). Bloeding in de tumor Psyche – zenuwstelsel (F00-F99; G00-G99) Affectieve stoornissen (stemmingsstoornissen) Epilepsie (aanvallen) Cognitieve stoornissen … Gliomen: consequente ziekten

Gliomas: Of iets anders? Differentiële diagnose

Congenitale misvormingen, misvormingen en chromosomale afwijkingen (Q00-Q99). Li-Fraumeni-syndroom - autosomaal dominante erfelijke aandoening die leidt tot meerdere tumoren (inclusief astrocytomen). Bloed, bloedvormende organen – immuunsysteem (D50-D90). Sarcoïdose (synoniemen: ziekte van Boeck; ziekte van Schaumann-Besnier) - systemische ziekte van bindweefsel met vorming van granuloom. Cardiovasculair systeem (I00-I99) Chronisch subduraal hematoom (cSDH) – hematoom (blauwe plek) tussen de dura … Gliomas: Of iets anders? Differentiële diagnose

Gliomen: therapie

Algemene maatregelen Streef naar een normaal gewicht! Obesitas is een risicofactor voor meningeoom. Bepaal de BMI (body mass index) of lichaamssamenstelling met behulp van elektrische impedantieanalyse en neem, indien nodig, deel aan een medisch begeleid afslankprogramma. BMI ≥ 25 → deelname aan een medisch begeleid afslankprogramma. Chemotherapie Kan in elk geval geïndiceerd (aangegeven) zijn … Gliomen: therapie

Gliomas: classificatie

Tumoren van het centrale zenuwstelsel zijn eerder als volgt geclassificeerd volgens de WHO-classificatie: WHO-graad Graadbeschrijving Diagnose (voorbeeld) I Goedaardige (goedaardige) tumoren die meestal kunnen worden genezen door chirurgische verwijdering Craniopharyngeoom, neurinoom, oligodendroglioom, pilocytisch astrocytoom, subependymaal reuzencelastrocytoom, meningeomen* (80% van alle meningeomen wordt als goedaardig beschouwd) II Goedaardig (kwaadaardig) maar vaak … Gliomas: classificatie

Gliomas: onderzoek

Een uitgebreid klinisch onderzoek vormt de basis voor het selecteren van verdere diagnostische stappen: Algemeen lichamelijk onderzoek – inclusief bloeddruk, pols, lichaamsgewicht, lengte; verder: Keuring (bezichtiging). Huid, slijmvliezen en sclerae (wit deel van het oog). Looppatroon [loopstoornissen] Oogonderzoek – inclusief oftalmoscopie (oftalmoscopie) van de achterkant van het oog [visuele stoornissen; papiloedeem … Gliomas: onderzoek

Gliomen: laboratoriumtest

2e orde laboratoriumparameters – afhankelijk van de resultaten van de anamnese, lichamelijk onderzoek en verplichte laboratoriumparameters – voor differentiële diagnostische opheldering bij bewustzijnsstoornissen of hersentumoren* . Klein bloedbeeld Ontstekingsparameters – CRP (C-reactief proteïne) of ESR (erytrocytsedimentatiesnelheid). Urinestatus (snelle test voor: pH, leukocyten, nitriet, eiwit, glucose, … Gliomen: laboratoriumtest

Gliomen: diagnostische tests

Verplichte diagnostiek van medische hulpmiddelen. Magnetische resonantie beeldvorming van de schedel (craniale MRI of cMRI) (T1 met en zonder contrast, T2 en FLAIR sequenties) [gouden standaard][laaggradige gliomen: licht hypointense; meestal zonder perifocaal oedeem en zonder contrastversterking; glioblastomen: centraal necrotische, marginale contrastverhogende massa die duidelijk perifocaal oedeem vertoont] Opmerking: "Barrièreverstoring" in termen van contrastopname in tumor ... Gliomen: diagnostische tests

Gliomen: chirurgische therapie

Stereotactisch geleide seriële biopsie op basis van structurele en metabole beeldvorming (MRI/PET) wordt gebruikt om de diagnose te stellen. Primaire therapie van gliomen [aangepast volgens]. Gliomen Operatie Verder Astrocytoom (WHO graad II) Chirurgie of biopsie en observationeel wachten (“waakzaam wachten”) of radiotherapie Pilocytisch astrocytoom (WHO graad I) Chirurgie Anaplastisch astrocytoom, oligodendroglioom/oligoastrocytoom (WHO graad III). Chirurgie (of … Gliomen: chirurgische therapie

Gliomen: preventie

Om gliomen te voorkomen moet aandacht worden besteed aan het verminderen van individuele risicofactoren. Gedragsrisicofactoren Psychosociale situatie Hoog inkomen – bij mannen neemt het risico op glioom toe met 14%. Milieuvervuiling - intoxicaties (vergiftiging). Kankerverwekkende stoffen Ioniserende stralen Verder Na hoofd-hals CT is de kans op tumoren bij kinderen groter. Dit geldt vooral voor… Gliomen: preventie

Gliomen: Radiotherapie

Hersentumoren kunnen niet altijd betrouwbaar worden verwijderd zonder microscopisch resterend tumorweefsel achter te laten. Verder zijn er tumorlokalisaties die chirurgische therapie onmogelijk maken. Het doel van bestralingstherapie is in dergelijke gevallen: Het voorkomen van verdere groei van resterend tumorweefsel. Behandeling van een tumor die vanwege zijn ligging niet operatief te behandelen is Drie concepten … Gliomen: Radiotherapie

Gliomen: symptomen, klachten, tekenen

De volgende symptomen en klachten kunnen wijzen op gliomen: Gedragsverandering, aard Afasie (“spraakloosheid”) Apraxie – onvermogen om doelgerichte handelingen uit te voeren. Ademhalingsstoornissen Bewustzijnsstoornissen/bewustzijnsveranderingen Cefalgie (hoofdpijn) – nieuw begin; ongebruikelijk; vooral 's nachts en in de vroege ochtend; verbetert vaak spontaan gedurende de dag; aanwezig als het eerste en enige symptoom in slechts … Gliomen: symptomen, klachten, tekenen