Echt longkruid: toepassingen, behandelingen, gezondheidsvoordelen

Het longkruid is een geslacht van de ruwbladige familie (Boraginaceae) en heeft de botanische naam Pulmonaria. Het geslacht omvat tussen de 14 en 20 soorten, waarbij het echte longkruid de bekendste is. Naast het gebruik als sierplant of in de keuken, wordt het echte longkruid ook in de medische wereld gebruikt tegen verschillende soorten aandoeningen.

Voorkomen en teelt van het echte longkruid.

De botanische naam van het geslacht is afgeleid van het woord ‘pulmonarius’, wat ‘long-ziek". Dit is ook waar de Duitse naam van het kruid vandaan komt. Het echte longkruid (Pulmonaria officinalis) wordt in het Engels ook wel longkruid genoemd. De informele namen zijn Adam en Eva of Hans en Grietje. Andere lokale namen zijn beekkruid, longkruid, herten kool, en sleutelbloem. Bovendien heette de plant vroeger Onze-Lieve-Vrouw-Milkweed. De botanische naam van het geslacht is afgeleid van het woord ‘pulmonarius’, wat ‘long-ziek". Dit is ook de oorsprong van de Duitse naam van het kruid. Vermoedelijk komt de naam voort uit het gebruik van de plant als medicinaal kruid voor long aandoeningen. De plant is meerjarig en kruidachtig. De bovengrondse delen van het kruid zijn ruw behaard en de stengels zijn licht vertakt. Longkruid heeft eenvoudige en licht behaarde stengelbladeren en gesteelde, grote rozetblaadjes. De bloeiwijzen zijn terminaal en de bloemen zijn tweeslachtig en pentaat. De vorm van de bloemen vormt een bel en lijkt sterk op die van primula's. Toch behoren beide planten tot verschillende families. Na de bloei worden de kelkblaadjes groter. Hun kleur is in het begin meestal rood, maar wordt later blauw tot paars. De plant heeft deze kleurverandering gemeen met andere planten uit de sleutelbloemfamilie. De plant wordt bestoven door hommels en motten, terwijl mieren de zaden verspreiden. Longkruid is inheems in Centraal-Europa. Het wordt gevonden in schaarse loofbossen en bosranden, waar het in grotere groepen voorkomt. De optimale grond is kalkhoudend en bij voorkeur vochtig. De vaste plant wordt tot 20 cm hoog en wordt verzameld tussen mei en juni.

Effect en toepassing

Op schaduwrijke plaatsen dient longkruid als zogenaamde bodembedekker en wordt het gebruikt als sierplant. Daarnaast is er het gebruik van de plant in de keuken. De rauwe en gekookte bladeren van Pulmonaria officinalis kunnen gegeten worden. Hun lichtjes bittere en kool-achtig mild smaak is vooral geschikt voor wilde kruidensalades en soepen. Oudere bladeren kunnen ook op dezelfde manier worden bereid en gegeten als spinazie. Daarnaast is het kruid een component bij de productie van vermout. Het kruid vindt aanvullende toepassing in de volksgeneeskunde. Daar wordt het al sinds de middeleeuwen gebruikt. De abdis Hildegard von Bingen beschreef al het effect van longkruid op de luchtwegen in haar werk “Causa et Curae”. Hoewel het tegenwoordig nog maar zelden als medicinaal kruid wordt gebruikt, heeft het een positief effect op longziekten en diverse andere aandoeningen. Het bevat kiezelzuur, slijmstoffen en saponinen, maar ook tannines en allantoïne. Daarnaast zijn er flavonoïden en looizuur. Longkruid wordt voornamelijk als thee gebruikt. Het kan worden gebrouwen als thee of worden gemengd met andere kruiden om een ​​theemelange te maken. Gieten heet water meer dan één tot twee theelepels is voldoende om effectieve longkruidthee te maken. Nadat de thee tien minuten heeft laten trekken, kan deze worden gezeefd en in kleine slokjes worden gedronken. Maximaal drie kopjes per dag worden aanbevolen. Na een continu gebruik van zes weken moet een korte pauze worden genomen om bijwerkingen of immunisatie te voorkomen. Dit voorkomt gewenning en behoudt de effectiviteit. Dit geldt in principe voor alle sterkere middelen. Uitwendig kan de thee ook worden gebruikt voor wondbehandeling in kompressen, wasbeurten en baden. Een andere toepassingsmethode is het verwerken van longkruid tot poeder​ Gedroogd kruid kan worden gemalen en vervolgens worden gemengd met lauwwarm melk. Honing kan ook worden toegevoegd voor smaak.

Belang voor gezondheid, behandeling en preventie.

In de volksgeneeskunde wordt het gedroogde kruid pulmonariae herba genoemd. De bovengenoemde ingrediënten werken niet alleen irriterend, maar hebben ook een slijmoplossend effect. Daarom wordt longkruid gebruikt voor heesheid en aandoeningen van de luchtwegen. Het wordt ook gebruikt voor verkoudheid of blaas problemen en diarree​ Naar verluidt versterkt het de nieren en heeft het een positief effect op de spijsvertering en de drainerende urinewegen. In homeopathie, tincturen van longkruid worden ook gevonden, die worden gebruikt tegen bronchitis en astma​ Het kruid versterkt de longen en vergemakkelijkt slijm. In het verleden werd het kruid ook gebruikt tegen de wijdverspreide longaandoeningen tuberculose, dat op dat moment werd beschouwd als een pest - zo niet epidemie. De tannines het bevat en zijn hoog allantoïne inhoud ook promoten wond genezen​ Daarom kan de thee of een tinctuur ook uitwendig worden aangebracht wonden of een kompres kan rond het getroffen gebied worden geplaatst. allantoïne is het belangrijkste actieve ingrediënt in smeerwortel, daarom kan longkruid op een vergelijkbare manier worden gebruikt. Ondanks de positieve effecten van longkruid wordt het in de conventionele geneeskunde nauwelijks gebruikt. De reden hiervoor is de pyrrolizidine alkaloïden het kan bevatten, wat een negatief effect zou kunnen hebben op volksgezondheid​ Tot nu toe zijn er onvoldoende onderzoeken naar de werking van het kruid. Bovendien zijn de ingrediënten niet voldoende bestudeerd. Daarom wordt, vanwege een gebrek aan studies, officieel niet gezegd dat het kruid een therapeutisch effect heeft. Bovendien moet het longkruid niet worden verward met andere soorten. Bij twijfel dient het gebruik van longkruid te worden besproken met een homeopaat of arts voor alternatieve geneeswijzen.