Therapie | Triggerpoint-therapie

Therapie

Eerst moet het triggerpoint worden gevonden. Omdat elk triggerpoint een typisch patroon veroorzaakt van pijnzal de patiënt de pijn herkennen als de therapeut druk uitoefent op het triggerpoint. Het doel van de therapie is om dit triggerpoint op te lossen.

Dit moet worden gedaan door de metabolische processen van de getroffen regio te activeren. De zenuwstelsel ontspant vervolgens de verharding die bij het triggerpoint hoort. Eindelijk ingekort bindweefsel structuren moeten opnieuw worden uitgerekt.

Er zijn verschillende procedures voor triggerpoint-therapie, waarvan sommige met de handen worden uitgevoerd en andere met behulp van apparatuur. Een veel voorkomende procedure is de zogenaamde ischemische compressie. Hier drukt de therapeut direct op het triggerpoint met een vinger of een trekstang.

Op deze manier creëert hij een aanhoudende druk, die aanvaardbaar pijnlijk is voor de patiënt. Na ongeveer 10 tot 15 seconden is de pijn neemt af, wat te wijten is aan het feit dat de spanning van de spier wordt verminderd. De therapeut verhoogt dan de druk, wat weer tot draaglijk leidt pijn.

Nogmaals, het lichaam reageert door de spierspanning te verminderen en zo de pijn te verlichten. Na drie tot vier passages in 60 tot 90 seconden per triggerpoint is de vermindering van de spanning uitgeput; een verdere toename van de druk kan de spierspanning niet verder verminderen. Naast ischemische compressie, schokken golven, laser of naalden (dry needling) kunnen ook worden gebruikt om de verharding op te lossen.

De zogenaamde zwarte rol kan ook worden gebruikt om triggerpoints te behandelen. Het is echter belangrijk op te merken dat hoewel triggerpoint-therapie elimineert vaak de pijn, de oorzaak blijft. Het is daarom essentieel om de oorzaak van het triggerpoint op te helderen en te behandelen.

Profylaxe

Om het ontstaan ​​van triggerpoints te voorkomen is het van belang de bijbehorende risicofactoren zoveel mogelijk te verkleinen. Waarschijnlijk de meest voorkomende oorzaken van triggerpointontwikkeling zijn gebrek aan beweging en onjuiste belasting, bijvoorbeeld door langdurig niet-ergonomisch zitten. Ook psychologische factoren zoals stress mogen niet worden onderschat en moeten zoveel mogelijk worden verminderd.