Symptomen | Epidurale bloeding

Symptomen

Typisch voor een acute arteriële epidurale bloeding in de hersenen is de ontwikkeling van symptomen na een kort flauwvallen (syncope). Na het herwinnen van bewustzijn kan een fase van symptoomloosheid volgen waarin de patiënt opruimt en klaagt over hoofdpijn enkel en alleen. Deze verergeren in de loop van de tijd dramatisch en gaan gepaard met psychische agitatie van de patiënt en mogelijk misselijkheid en braken.

Naarmate de symptomen zich ontwikkelen, is er een hernieuwde vertroebeling van het bewustzijn, de patiënt wordt slaperig en reageert steeds minder. Binnen de eerste twee uur na het letsel, toenemende compressie van hersenen onderdelen en zenuwen treedt op als de bloeding groter wordt. Dus de druk op de oculomotorische zenuw en de leerling aan de bloedende kant (homolaterale mydriasis) toeneemt.

Dit leidt tot bewegingsstoornissen of verlamming aan de andere kant van het lichaam (contralaterale hemiparese). chronisch epidurale bloeding komt ook zelden voor. De symptomen ontwikkelen zich zeer langzaam en kunnen weken of zelfs maanden duren.

Patiënten rapporteren constant hoofdpijn en duizeligheid, lijken vaak verward, gedesoriënteerd en versuft. Bij oudere patiënten kunnen dit ook tekenen van ontwikkeling zijn dementie, die de arts diagnostisch ertoe brengt de verkeerde weg in te slaan en soms de juiste diagnose van epidurale bloeding pas in een laat stadium. Bij kleine kinderen moet een speciale symptomatologie worden overwogen.

Epidurale hematomen zijn niet ongewoon op jonge leeftijd, zelfs na een val van geringe hoogte. echter, de schedel bot is soms relatief rekbaar omdat de fontanellen van de kinderen nog niet gesloten zijn. De eerste bewustzijnsstoornissen treden dan ook pas 6 tot 12 uur na het ongeval op.

Door de relatief grote hoofd van kinderen, de bloed verlies in de epidurale ruimte kan relevante afmetingen aannemen. Dit kan leiden tot bloedarmoede en de bijbehorende drop-in bloed druk.Als de bloeding niet intracraniaal, maar in het gebied van de wervelkolom plaatsvindt, verandert het klinische beeld fundamenteel. Het bewustzijn wordt niet beïnvloed en de patiënt is meestal helder, als er geen aanvullende stoornis is van de hersenen (wat mogelijk kan zijn bij een ongeval of iets dergelijks). Meestal is er pijn op de plaats van de bloeding en in het verdere verloop van de ziekte zijn er overeenkomstige storingen onder het gewonde gebied. Dit kan leiden tot een compleet of onvolledig cross-sectioneel syndroom waarbij de patiënt onder meer het vermogen om te bewegen verliest.